woensdag 30 december 2015

Taal van de karakterboot



I. Af en aan

De boot die om half zeven 's ochtends van Ameland vertrekt schijnen ze de karakterboot te noemen. Want half zeven, dat is erg vroeg.

Er zaten dan ook maar een paar mensen op, onder wie Paulus. De boot had nogal wat vertraging (,,dat is gratis ontstressing", zei Paulus) maar na anderhalf uur verscheen dan toch bovenstaande tekst op de schermen, die betekent dat we er haast zijn.

,,Er staat dat de boot afmeert", zei Paulus. ,,Maar moet het niet aanmeren zijn?"

Zeven jaar geleden had ik me dat ook al eens afgevraagd, zie mijn blog hier. Ik zat toen op de boot van Terschelling, waar op het scherm stond: ,,De boot gaat aanmeren. (...) Wilt u op uw plaatsen blijven zitten tot de boot is afgemeerd."

Eerlijk gezegd weet ik het verschil nog steeds niet. De taalgids van Onze Taal zegt dat het tegenwoordig allemaal hetzelfde betekent en je vroeger aan het woord 'meren' al genoeg had, want dat betekende vastleggen van een schip. Vandaar meerpaal.

II. Meewerkend voorwerp

Meer taal. Er staat ook Automobilisten en fietsers worden verzocht zich naar het autodek te begeven. Tegenwoordig is dat redelijk ingeburgerd, maar vroeger op school kwam er een dikke rode streep door. Want automobilisten en fietsers zijn niet het onderwerp van de zin, maar het meewerkend voorwerp. die persoonsvorm worden had wordt moeten zijn.

Zet het weggelaten woordje aan er maar voor, dan is het meteen duidelijk. Aan automobilisten en fietsers wordt verzocht zich naar het autodek te begeven.

Tot zover de karakterboot.




donderdag 24 december 2015

Star Wars VII-b: The Search for Twingo



Een bezoek aan de zevende Star Wars-film, The Force Awakens, in de enorme Imax-bioscoop in Amsterdam, is een belevenis, maar ook een aanslag op het korte-termijngeheugen.

Ik (alle films gezien in de bioscoop, wel eens in de Skywalker Ranch geweest) was er met Rik (alle films gezien,  jaloers op wie ze allemaal in de bioscoop heeft gezien), Iris (heeft de films gezien in de door George Lucas aangegeven volgorde), Sybrig (de oudste drie films onlangs voor het eerst gezien, vroeger thuis was dat een mannenzaak, bovendien vond ze films snel griezelig), Coen (had al van een vriend gehoord wie er in de film sneuvelt, fijne vrienden zijn dat) en Menko (niet gevraagd, heeft ze vast ook allemaal achter de kiezen).

De film was een genot. In de bomvolle zaal applaudisseerden mensen toen de Millennium Falcon voor het eerst in beeld kwam, het ruimteschip uit vorige films, en ook als andere oude bekenden opdoken. We zaten nogal vooraan, waardoor de 3D niet fantastisch was, soms zag je dingen dubbel, vooral als ze wit of helder verlicht waren tegen een donkere achtergrond. Dat heb je in avonturenfilms in de ruimte nogal eens.

Zelf was ik met de trein gekomen, en ik zou met Rik in de auto mee terug naar het Noorden.

Maar de film had bij hem en Iris elke herinnering gewist aan waar die auto stond. Zodat we, met het reeds betaalde kaartje, de parkeergarage bij de Arena van voor naar achter doorliepen.

Rik en Iris liepen steeds sneller, en de rest leek het verstandig om er wat afstand van te nemen want mensen zijn vaak wat prikkelbaar op zulke momenten.

Op de foto hierboven zie je Menko en Coen gehurkt loeren naar het stel, dat ergens tussen de auto's naar een auberginekleurige Twingo zoekt.

,,Hij staat in het andere deel van de parkeergarage", legde een breed lachende man achter glas in een portiershokje (er zaten er twee, de andere lachte nog veel breder) uit, toen het besluit was gevallen om het maar ergens te gaan vragen. Zij konden het, zo bleek, aan het kaartje zien.

Iris wilde nog met ze in discussie over dat de bordjes en plattegronden hier niet deugen, maar daar gingen de mannen achter glas alleen nog maar breder van lachen.


zaterdag 19 december 2015

Iedereen kan voetballen



In 1857 schreef de Amerikaanse componist James Pierpont een liedje voor Thanksgiving over een ritje in een arrenslee. One horse open sleigh heette het en het was een tikje pikant, want de moraal is dat sleerijden een ideale manier is om meisjes mee te nemen.

Uiteindelijk zou het bekend worden als kerstliedje, met als titel Jingle Bells, ook al zit er in de tekst niks wat naar Kerst verwijst.

Verder nooit over nagedacht, maar vanmorgen zag ik op Facebook de zoontjes van Gert-Jan Engels het zingen, met een prachtige tekst die ik nooit eerder hoorde.
Jingle Bells
Jingle Bells
Jingle all the way
Iedereen kan voetballen
Behalve PSV 
Daarom schiet ik de hele dag al in de lach,  als ik dat liedje in winkelstraten hoor.

zondag 6 december 2015

Het geheim van de hand

Het woei niet eens zo heel hard, toen Sint Nicolaas vrijdag, na het bezoek aan de lagere school van Hollum, te paard ging en het dorp doorreed.

,,Hou je maar aan de manen vast", zei Karel, die meeliep. Dit was een nieuw paard, Nynke, en ze was aan het begin wat nerveus, inderdaad, met dat muziekkorps en alles. Maar Sinterklaas is niet bang uitgevallen en zwaait het liefst met beide handen tegelijk.

Alleen bij het opstappen op het paard hoorde ik iets knappen. Je stapt met de linkervoet in de linkerstijgbeugel, en zwaait dan met tabberd, kazuifel, stola, rechterbeen en al over het paard. Liefst zo zwierig mogelijk, natuurlijk.

Terwijl ik dat deed hoorde ik iets knappen, bij de kraag.

Dat was, zo bleek al snel, het haakje van de mantel. Die hing dus nu los om me heen en gleed dan ook voortdurend af. Bij elke hoek waar de wind er wat onder kwam. Vandaar dat Sint Nicolaas meestal met een hand zwaaide, want met de andere hield hij zijn mantel vast.

(De foto is van Jan Spoelstra)

maandag 30 november 2015

Het zware fietsen van de koerierster


Zaterdag is Yoka Beretty overleden, nadat ze thuis van een trap was gevallen. Ze is 87 geworden.

In alle kranten staat een ANP-berichtje met de vermelding dat ze in De Prooi speelde, een matige thriller uit 1985 die niemand heeft gezien. Veel belangrijker is natuurlijk dat ze in De Overval zit, als koerierster.

Johannes observeerde ooit dat vrouwen in Nederlandse oorlogsfilms altijd zo zwaar fietsen, alsof ze voortdurend wind tegen hebben. Daarvoor heeft Yoka Beretty de basis gelegd.

Al valt het eigenlijk wel mee, als je De Overval nu terugziet. Ze rijdt als een gezonde Hollandse meid van boerderij naar boerderij om allerlei verzetsmensen te mobiliseren. Erg ploeterend ziet het er niet uit.

Wel wordt ze onderweg ergens aangehouden door de Duitsers, die een Ausweis willen zien. Verder geen erg spannende scene, maar onwillekeurig vraag je je af: welke straathoek zou dit zijn? Het moet ergens in Friesland wezen.

Inmiddels weten we (zoiets is op Facebook zomaar klaar) dat het Wirdum is.

Haar rol was gebaseerd op Tiny Mulder, heb ik altijd begrepen, en beeldhouwer Tineke Bot heeft het beeldje De Koerierster dat in de Prinsentuin staat volgens mij ook een beetje op deze en die andere oorlogsfilms gebaseerd.

Yoka Beretty kende ik als tv-kijker van de leerzame KRO-filmquiz Voor een Briefkaart op de Eerste Rang, waar ze samen met Willem Nijholt en Rinus Ferdinandusse in een panel zat. Ik geloof dat ze wat grapjes maakten over films, het was in de tijd dat er op tv nog gerookt werd.

Toen ik zelf meedeed aan die quiz hadden ze dat panel al niet meer, toen was er enkel Leen Jongewaard als gast.

(De onderste foto is van het ANP/Kippa)




zondag 29 november 2015

Omerta en Frederik de Grote


Door mijn eigen onnozelheid was ik te laat bij de boekpresentatie van Douwe Keizer in het HCL vanmiddag. Douwe Keizer is oud-directeur van de Friesland Bank en heeft zijn memoires geschreven, waarin hij niet terugschrikt om een boekje open te doen over allerlei personen die hij heeft meegemaakt.

Niet alleen was ik te laat, het was bijna afgelopen, mijn telefoon ging ook nog. Zodat mijn ringtone, de Hohenfriedberger Marsch, luid door de ruimte schalde.

,,Was dat het Horst Wessel-lied?", vroeg een mevrouw met wie ik tegelijk het gebouw uitliep. ,,Nee, dit is veel ouder", vertelde ik haar. Het geeft wel aan dat mensen mij voor de raarste dingen aanzien en, wat erger is, die mars niet kennen. Die volgens sommigen geschreven zou zijn door de Pruisische keizer zelf, Frederik de Grote.



Door zijn boek te schrijven en niet bang te zijn heeft Keizer iets gedaan wat in Friesland maar weinig gebeurt, daar was iedereen het na afloop over eens. Keizer gebruikte er de term omerta for, de erecode bij mafiosi om hun lippen op elkaar te houden.

Dus ik stookte de beide heren met wie ik op deze foto sta te praten op om ook eens aan hun alles-onthullende memoires te beginnen. Dat zijn Bert de Jong, oud-hoofdredacteur van de LC, en Sikko Heldoorn,  nu burgemeester van Dantumadeel, vroeger van Assen. Vooral dat van Bert zou ik wel willen lezen, dus ik bood ter plekke aan om het boek nu alvast te betalen. Als stok achter de deur. Bert glimlachte wat vaag.

(De foto is van Ad Fahner) 


vrijdag 20 november 2015

Omdat jouw pa in een grotere kar rijdt dan de mijne


Mensen, Armand is dood.

Hij trad nog in 2013 met wit uitgegroeid haar op bij de opening van het Media Arts Festival in Leeuwarden, zo konden we allemaal zien dat het geen pruik is, zie de foto hierboven.

Bij Radio Ascona waren we er collectief fan van, vooral de mooie elpee Een Beetje Vriendelijkheid. We hebben het nummer De Bloedvervuilers nog gecoverd. In 2008 waren we bij een optreden in de Lawei, waar twee jongens uit Wolvega en Oldeholtpade, Jeroen en Wolter alle teksten uit hun hoofd konden meezingen. Wat een verrassing, de meeste mensen kennen alleen Ben Ik Te Min.

In 2013 vroeg ik hem naar dat lied en schreef ik daar een column in de krant over. Hieronder herhaal ik die voor deze gelegenheid.


Het hennarode haar van zanger Armand is half uitgegroeid. Al een jaar verft hij het niet meer, na zijn optreden in Ali B op volle toeren, waarin Armands grootste hit Ben ik te min door Nina en Brownie Dutch tot rapnummer werd bewerkt.  
Armand, die dit jaar 67 wordt, was zaterdag in de Blokhuispoort en zoiets wil je niet missen. Armand is als Immaterieel Nationaal Erfgoed belangrijker dan het Driekoningenfeest. 
Naast Ben ik te min heeft hij nog tal van singles gemaakt (zaterdag deed hij ook Blommenkinders (leg die stiletto’s weg) en Op de tandem naar Marokko) en een paar fijne hippie-elpees. Als iemand met de dubbelelpee Een beetje vriendelijkheid uit 1974 in zijn maag zit: kom maar op.  
Na die tv-uitzending met Ali B had iemand Armand geld geboden voor zijn rode pruik. Dat had de rebel in hem wakker gemaakt. Om te bewijzen dat het echt is laat hij de kleur uitgroeien, vertelde hij. Ik durfde niet meer te zeggen dat ik ook altijd heb gedacht dat het een pruik is.  
Ook hier sloot hij af met Ben ik te min. Want hoe je het ook wendt of keert, dat is zijn hit. Het nummer stond op 715 in de Top 2000.  
Over de tekst verwonder ik me al jaren en ditmaal greep ik mijn kans. Na afloop gaf ik Armand een hand (hij is heel mager) en bedankte hem.  
,,Maar ik vraag me iets af over de tekst van Ben ik te min”, zei ik.  
,,Wat dan?”, vroeg Armand.  
,,U zingt: ‘Ben ik te min omdat je pa in een grotere kar rijdt dan de mijne’. Maar wat bedoelt u met ‘de mijne’? Gaat het om een grotere kar dan mijn pa? Of een grotere kar dan die van mij? Het kan allebei.”  
,,Dat hebben ze me nog nooit gevraagd”, zei Armand. ,,Het is een grotere kar dan mijn pa. Ik had toen nog geen auto. Kort daarna wel. Toen kocht ik een Cadillac.”

Raadsel opgelost. 

Nawoord: In de ban van de grotere kar




Hoe je met zo'n weblog bijdraagt aan de wereldvrede en het algehele kennisniveau blijkt uit een mailtje van Job de Kruiff uit Leiden.

Hij vroeg zich op Facebook af hoe het zit met die grotere kar (zie boven) en na een discussie waarin iedereen een duit in het zakje deed en waarvan een stukje hier als illustratie bij staat, wees iemand hem op dit weblog. Job blij, ik blij, iedereen blij.

maandag 16 november 2015

You are only coming through in waves
















Begin oktober kwam ik in de bioscoop Sven de Boer tegen, een Leeuwarder van dertien die idolaat is van Pink Floyd.

Hij ging met zijn vader naar Roger Waters The Wall, en hij spaarde voor The Discovery Box, lees hiernaast maar, ik schreef er een column over.

Die box is best aan de prijs maar hij bevat dan ook veertien Pink Floyd albums, digitaal herzien, van The Piper at the Gates of Dawn tot en met The Division Bell. Dat zijn ze net niet allemaal zag ik toen het ik zojuist nazocht, want vorig jaar kwam nummer vijftien uit, The Endless River.


Vanmiddag kreeg ik een sms van Sven, met de foto hiernaast erbij. Ik denk dat de schoenen onderin van hem zijn.

,,Ik heb de Discovery Box", meldde hij trots. Hij had hem al helemaal beluisterd.

,,Ik vond hem best prijzig", zei ik.

,,Klopt, maar ik had het er voor over."

,,Wat is de absolute nummer één hieruit?", wilde ik weten.

,,Comfortably numb van The Wall", kwam onmiddellijk het antwoord.

Hieronder dus. Aanbevolen door kenners.


maandag 9 november 2015

Beekman en Beekman en de vluchtelingen

Oer it Hout in Grou is een soort jeugdherberg voor watersporters en een reusachtig gebouw achter een vrij kleine voorgevel. Daar komen zes dagen lang vluchtelingen in, dat is zaterdag bekend gemaakt, dinsdag komen ze al, en zonet, maandagnamiddag, was er een voorlichtingsbijeenkomst.

Daar kon je praten met de politie, met iemand van het COA, met ambtenaren van de gemeente Leeuwarden en met burgemeester Ferd Crone zelf al kwam die vrij laat want er stond een file vanaf de stad hierheen.

Er waren niet zo heel veel mensen, en ik stond met iedereen wat te kletsen. Ook met deze meneer, ik geloof dat hij De Jong heet, die met een dik boek rondliep. Dat maakt nieuwsgierig, dus ik vroeg waarom hij een boek meehad.

Het bleek Beekman en Beekman te zijn van Toon Kortooms, die nu volgens mij niemand meer leest, maar  die ooit beroemd was vanwege Help, de dokter verzuipt en Beekman en Beekman. Dat laatste zou zelfs de best verkochte roman van Nederland zijn, twee miljoen exemplaren.

Wij hadden het thuis ook, ik heb het als jongetje wel eens gelezen en ik vond het heel erg komisch, herinner ik me, maar ik heb geen flauw idee meer waar het over ging. De Jong wist het wel: over een tweeling, die allerlei kwajongensstreken uithaalde.

,,Het stond hier in de kast", zei hij en wees naar zo'n hostel-boekenkast met van alles erin. ,,Ik mocht het meenemen, ik ga het weer lezen."

Vragen heeft hij volgens mij niet gesteld, hij liep de hele tijd glunderend rond met het boek. Daar werd ik nou echt vrolijk van.


zondag 8 november 2015

Door de lens van Foersterling


Maarten Brinkman uit Aalten vond een jaar geleden op een beurs - hij verzamelt lucifersdoosjes - een album met luciferetiketten, waarvan hij vermoedde dat een vriend er belangstelling voor zou hebben. Hij kocht het album (600 euro) en vond achterin een papiertje, met Kinematograph erop, 2e Rang en Dir. Chr. Slieker.

Na wat speurwerk kwam hij op dit weblog, want ik schrijf wel eens iets over Slieker, twintig jaar geleden zelfs een boekje met Harm Nijboer.

Na wat heen en weer mailen kwamen we erop uit dat het kaartje mooi naar het museum van Drachten kan, want daar staat ook al de projector die Slieker in 1896 kocht van Herman Foersterling in Berlijn.

Zaterdag was de overdracht. Dat klinkt deftig, maar komt erop neer dat Brinkman het papiertje aan conservator Ramona Dumas gaf, en zij het in een plastic, zuurvrij envelopje stopte.

Dumas vertelde dat de projector al sinds 1954 in het museum is, die heeft nummer 509 in de collectie. Het nummer dat het bioscoopkaartje krijgt wist ze zo niet precies, maar het wordt iets van 2015.

Ik had voor Brinkman een boekje over Slieker meegenomen en zag dat Gertjan Slagter destijds qua kleur voor het omslag geen rare keus heeft gemaakt. Het is net of het kaartje erbij hoort.

,,Willen jullie misschien even in het depot kijken?", vroeg Dumas. Even later stonden we boven in een volle zolder, waar ik de projector uit de kast haalde en probeerde door het lichtglas Brinkman en zijn kaartje te fotograferen. Het resultaat staat hierboven.

Door de lens van Fokke Wester



Collega Fokke Wester van de Drachtster Courant was er ook. Hij zette me op de foto in het depot, waar ik eerst aan die projector pruts, en er dan een foto doorheen maak van Brinkman.

zaterdag 7 november 2015

De batmobiel wilde niet starten

George Barris is dood, donderdag overleden. Pas toen ik een plaatje van hem zag met zijn bekendste auto ging me een lichtje op: dit is de garagehouder-showman die onder meer de originele Batmobile heeft gemaakt, de auto waarin Batman en Robin rondreden in de bonte pop-art serie uit de jaren zestig.

Barris had met meer film- en televisie-auto's te maken: die zwarte, door Satan bezeten auto uit The Car is van hem, hij had te maken met de auto's uit Knight Rider, Chevy Chase rijdt in een van zijn auto's in National Lampoon's Vacation en Barris paste auto's aan aan de wensen van sterren als Elvis Presley, John Wayne en Elton John.

Maar het is vooral die Batmobile die hem beroemd heeft gemaakt. Het was een prototype (een Lincoln Futura) uit de jaren vijftig dat hij ooit had gekocht. In drie weken en voor 30.000 dollar (de serie was niet al te duur) bouwde hij die om tot een zwart monster met vinnen en rode strepen, en cockpit-achtige windkappen. Recht van voren zie je er een vleermuisachtige vorm in.

Adam West, die Batman speelde, verklapt in zijn autobiografie Back to the Batcave dat er eigenlijk vijf Batmobiles waren. Het waren er acht, volgens Burt Ward (Robin) in zijn autobiografie, Boy Wonder, My Life in Tights, maar een aantal was alleen voor autoshows. De eerste was in elk geval de echte.

Volgens West was het een onhandig ding waar hij vaak zijn schenen tegen stootte, en hij startte ook niet altijd. Soms wordt hij door assistenten - die buiten beeld blijven - vooruit geduwd zodat het lijkt of hij rijdt. Bij een stuntopname, waarbij The Riddler de auto dreigt op te blazen, liep Burt Ward brandwonden aan zijn balzak op.

Na de eerste paar afleveringen schreven kijkers dat het een slecht voorbeeld was voor de jeugd dat Batman en Robin geen gordels omdoen. Daarom werden die er ook nog in gebouwd.

Dat wist ik vroeger allemaal niet, ik was gewoon erg in mijn sas met de kleine batmobiel - zo een als hiernaast - die ik als speelgoed had. Een plezierig zwaar, zwart autootje dat ik nog zo in mijn hand kan voelen.

De echte batmobile stond, toen de serie voorbij was, gewoon weer bij Barris in de garage. In 2012 veilde hij hem, voor bijna 3,5 miljoen euro.




zondag 1 november 2015

Een kenner op de grafheuvel bij nacht


In het Leeuwarder Bos was het gisteravond een drukte van belang. Het was een hele kunst om niet over jonge Leeuwarders heen te fietsen, die in groepjes over het fietspad liepen: ze hadden net een Halloweentocht achter de rug, vertelde buurtbewoner Kees Mourits, die ik ook tegenkwam.

Het was er een mooie avond voor. Op de namaak-grafheuvel, waar de stenen liggen uit de Westerkerk in Leeuwarden, was een ander Halloweenfeest, laten we het een Cinema Ascona-spinoff noemen, met fragmenten uit griezelfilms, samengesteld door Jeroen (links op onderstaande foto) en Kees (rechts).

Veel uit de jaren zeventig, en terecht. American Werewolf in London. The Exorcist. Gremlins (nou ja, da's later). Carrie. The Thing. Halloween.

Zelfs, als inleiding, een stukje Apocalypse Now. ,,Horror has a face and you must make a friend of horror."

Allemaal oude koek was het niet: er was ook J-horror (The Grudge, The Ring) en een martelscene uit Only God Forgives.

En ondanks fragmenten uit Zombieland en Shaun of the Dead was er een verfrissend gebrek aan zombies, die tegenwoordig in zowat elke film en serie opduiken.

Een van de bezoeksters, Margo, was een echte fan. De tekst van This is Halloween uit The Nightmare for Christmas kende ze uit haar hoofd, bij het fragmentje Halloween vroeg ik me hardop af hoe die actrice ook weer heette. ,,PJ Soles", riep Margo. En verklaarde meteen: ,,Ik heb verder geen leven."

Toen ik haar na afloop vroeg of ze de schokkende aflevering van The Walking Dead vorig weekend al had gezien, zei ze: ,,Ja. En ik ben er net zo boos over als jij."


donderdag 29 oktober 2015

Licence to Sloop

Aftitelingen van films lees ik altijd helemaal, voorzover ik het zo snel kan volgen. Dus ook die van de jongste James Bondfilm, Spectre, waar ik vanmiddag heen ben geweest.

Ze hebben zich er bij deze film een beetje met een Jantje van Leiden van af gemaakt, want er staan af en toe zinnen als Dank aan alle chauffeurs. Dan schieten de titels sneller op natuurlijk, ze hebben tenslotte in Engeland, Rome, Mexico en Marokko gefilmd en op al die plaatsen waren chauffeurs.

Maar: naar Friesland zijn ze niet gekomen. Ik zeg dat omdat me op weg naar huis Jelle Hiemstra te binnen schoot, die in Provinciale Staten zat namens de partij Friese Koers. Die had af en toe grootse ideeën, zoals 'Haal Shakira naar Friesland', of 'zorg dat ze in Friesland opnamen komen maken voor een James Bondfilm, dan volgen de toeristen vanzelf'.

Hij beval nadrukkelijk de bruine vloot en de Sneker Waterpoort aan. Maar de Friese Koers heeft sinds de verkiezingen van begin dit jaar geen zetels meer en James Bond is niet eens in de buurt van de Waterpoort geweest.

Moeten we misschien ook niet rouwig om zijn, want in Spectre gaat nogal eens een gebouw tegen de vlakte. Daar houdt Bond van. Wat hij doet, doet hij grondig en naast een Licence to Kill heeft hij vermoedelijk ook een Licence to Sloop. Het is een onderhoudende film, hij ziet er mooi uit en er gebeurt van alles, maar zo goed als Skyfall is hij niet.

Toen de aftiteling voorbij was, was de zaal (toch al niet vol, een man of vijftien) leeg. Ik liep door de hal en de jongen die achter de balie aan het schoonmaken was, schrok.

,,O, was U nog binnen!", riep hij. ,,Ik dacht dat ik het goed geteld had en iedereen er al uit was. Ik had de deur al op slot gedaan, want dit was de laatste middagvoorstelling."

,,Ik lees aftitelingen altijd helemaal tot het eind", zei ik. Je hebt altijd het gevoel dat je iets uit moet leggen, alsof je iets onbehoorlijks hebt gedaan.

,,U hebt groot gelijk", zei de jongen. ,,Daar heeft u tenslotte ook voor betaald."

Zo had ik het nog nooit bekeken.


(Het plaatje komt uit de trailer en is dus eigenlijk van Sony, MGM of Columbia. Als je het echt ruim neemt, is dat het enige min of meer Friese aan de film, trouwens. De cameraman is Hoyte van Hoytema, die me vijf jaar terug heeft verteld dat hij verre Friese voorouders heeft. .)

zondag 25 oktober 2015

Kans op neerslag nul procent


Leeuwarden, 25 oktober, rond twaalf uur. Overwegend zonnig, 13 graden, windkracht 3, kans op neerslag nul procent. Lekker weer voor een herfstwandeling en het stukje dat ik zojuist op dit blog begon is uitgemond in de LC-column van morgen. Als Cambuur - ADO tenminste een beetje fatsoenlijk afloopt.


zaterdag 24 oktober 2015

Mannen en literatuur


Twee van de deelnemende schrijvers zochten na afloop van de tweede editie van Literair Festival Het Vliet hun hotelbed op, maar de rest dronk nog wat in de kelderbar Vinnie & Jo.

 Waar het door ontstond weet ik niet, maar ineens zaten schrijvers Mohammed Benzakour (De koning komt) en Willem Schoorstra (Pier) aan de bar te armpjedrukken. Benzakour, glimlachend maar fanatiek, won. ,,Ik ben ook hovenier", pochte hij. Dat zou de kracht verklaren.

Dat maakte een soort wedstrijd los, waar de een na de ander aanschoof om ook met hem te armpjedrukken, op de foto's staan Schoorstra, Marleen Stelling, Moniek Dijksman, Jan Douwstra, Jacco de Boer (die verloren allemaal van hem) en Peter van der Molen (gelijkspel).




Ik zat er ook tussen (en verloor), daar heeft Jaap dit filmpje van gemaakt.

,,Gekke combinatie, eerst literatuur in een snackbar en dan armpjedrukken in de kroeg", zei ik tegen Mohammed. ,,Ach, we zijn allemaal mannen", zei hij. Ook de vrouwen, bedoelde hij waarschijnlijk.


woensdag 21 oktober 2015

'Waar wij naartoe gaan, hebben we geen wegen nodig'


Begin dit jaar schreef ik de column hiernaast over de toekomstvoorspellingen die gedaan worden in de film Back to the Future II, waarin ze naar 21 oktober 2015 vliegen.

,,Ik hou niet van films in de toekomst", vertelt regisseur Robert Zemeckis in een veel later gemaakt interview. ,,Want de voorspellingen kloppen nooit. Zelfs Stanley Kubrick had het mis, met 2001 A Space Odyssey."

Zo is het.

Verwacht vandaag toch allemaal verhalen over wat er wel en niet is uitgekomen uit die film - meer niet dan wel. We hebben nog steeds wegen nodig en in de film heeft helemaal niemand een smartphone of internet.




maandag 19 oktober 2015

Een gat in de muur

Voor me op de pier stonden vier mensen, twee vrouwen, een man en een jongen met een fototoestel om zijn nek. Een van de vrouwen, zo'n vief type met een paardenstaart en een bodywarmer, was aan het vertellen, met een licht Amsterdams accent: ,,Je moet op het strand een leeg stuk uitzoeken en dan heel hard gaan schreeuwen. Dat heb ik gelezen, dat is heel goed voor je, dan ben je je agressie kwijt.''

Daar ging ze nog wat op door, tot de man zomaar ineens zei: ,,Ik heb wel eens een gat in de muur geschopt."

,,Echt waar?" zei de vrouw. ,,Een gat in de muur?"

,,Zo boos was ik'', zei de man.

,,Wat een agressie heeft die man", zei de vrouw tegen de andere vrouw, die glimlachend knikte.

,,Ik weet nog best waar het om ging", zei de jongen met het fototoestel. ,,Het ging helemaal nergens over."

,,Dat is altijd zo met ruzies", zei de vrouw. ,,Die gaan nooit ergens over."

Ik liep achter ze aan de boot op, want al ging het misschien nergens over, ik was toch nieuwsgierig hoe het met die boosheid zat.

,,Het is nog niet eens zo lang geleden", ging de man door.

,,Nee, het was nog maar pas", zei de vrouw die verder nog niks had gezegd.

De andere vrouw: ,,Was het nog maar pas? Waar was je dan zo boos over?"

Hij: ,,Dat ga ik nou niet vertellen."

Zij: ,,Daniel is wel eens zo boos geweest, dat hij een deuk in de tank van zijn motor heeft geslagen. Zo met zijn vuist."

Toen waren we op de boot en ging het gesprek over of ze boven of beneden zouden gaan zitten.

(Het plaatje komt van het busstation in Leeuwarden, waar luchtfoto's van Friesland hangen.)

zondag 18 oktober 2015

Selfie: Der Himmel über Berlin

In Berlijn is een Festival of Lights, dat voor een groot deel bestaat uit projecties op gebouwen. Maar op de Marlene Dietrich-Platz staan een stuk of zes verlichte vleugels met neon-aureolen, Angels of Freedom heten ze.

Ze zijn van verschillend formaat, het is de bedoeling dat je jezelf ermee op de foto zet. Op de grondplaat staat hoe je je voeten moet zetten voor het beste resultaat.

Ik kon de verleiding niet weerstaan een selfie te maken, maar die leek nergens op. Selfies zijn shit, deze ook, van zo dichtbij blijft er niks van over.

Een meisje bood aan om een foto te maken van wat grotere afstand. En die is echt  fabelhaft geworden.

Om in filmtermen te blijven: ik vind het een mengeling van John Philip Law in Barbarella, Jonathan Pryce in Brazil, Emma Thompson in Angels of America en  Bruno Ganz in Der Himmel über Berlin, al heeft die een groot deel van de film helemaal geen vleugels.


vrijdag 16 oktober 2015

Cursief in Charlottenburg

De tuinen bij paleis Charlottenburg, middenin Berlijn, waren een navolging van de tuinen van Versailles van tuinman Le Notre. Het is een mooi wandelgebied waar je veel hardlopers ziet en veel mensen met honden, terwijl toch nergens poep ligt.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn de tuinen zwaar beschadigd geraakt, maar ze zijn weer goed hersteld. Niet volgens de oorspronkelijke plannen, want die zijn niet lang na de aanleg al eens aangepast, maar volgens aanwijzingen uit achttiende-eeuwse tuingidsen.


Dat soort informatie staat op borden als het bovenstaande. Niemand leest ze ooit helemaal en dat is jammer. Zeker in dit geval.


Want het Engelstalige deel van dit bord meldt dat deze tuin een voorbeeld is van een Franse parterre de broderie.

De schrijver van deze informatie had daarachter gezet, tussen haakjes: let op, dit is een leenwoord, graag cursief zetten. De maker van het bord had dat niet begrepen. Die heeft zonder het te lezen de hele tekst gepakt, met aanwijzing en al, en op het bord gezet. Zodat daar nu tussen het Engels, nog steeds tussen haakjes, staat: bitte kursiv nützen, weil es ein Fremdwort ist.

Dat soort zetfoutjes, daar ben ik dol op. Dit bord staat misschien al jaren in deze vermaarde tuin en  of niemand heeft het gezien, of ze denken: dat pakken we wel op bij een volgende restauratie.


Kunst onderweg III


 Het Filmmuseum van Potsdam zit in een van de oudste gebouwen van de stad, een voormalige Oranjerie (daar zet je als rijkaard 's winters je tropische planten in), waar in 1714 stallen van zijn gemaakt.

Vandaar dat het dravende paard van fotograaf Eadweard Muybridge op de wand van het trappenhuis geprojecteerd wordt. Grappig, want Muybridge maakte juist een reeks foto's van zo'n dravend paard om te laten zien dat het op een bepaald moment met alle vier benen los van de grond is. Dat kun je met het blote oog niet zien en op zijn foto's kon dat wel. Dat is weer weg als je ze achter elkaar zet, zoals hier. Maar mooi is het wel.





donderdag 15 oktober 2015

Kunst onderweg II



Een paar panden verderop naast het hotel aan de Wybrzeże Kościuszkowski in Warschau is een museum of instituut, met op het binnenplein zes kanon-achtige vormen, die, daar kwam ik pas na een paar dagen achter, wiegen in de wind. Je kon niet dichterbij komen want er zat een hek voor.


woensdag 14 oktober 2015

Kunst onderweg I




Op het Copernicusplein in Warschau staat een vrij koud stenen bankje, tegenover het Zamoyski Paleis, een van de vele statige gebouwen hier.

In het bankje is uitgebeiteld dat de zus van Frederic (Fryderyk, schrijven ze hier) Chopin in dat paleis een appartement huurde. Daar had ze ondermeer spul van haar beroemde broer opgeslagen. Maar in ditzelfde gebouw werd in 1863 een bomaanslag op de Tsaar voorbereid en als wraak is er van alles van de bewoners of huurders kort en klein geslagen. Ook de piano van Chopin sneuvelde.

In dat bankje zit een knop. Als je daarop drukt hoor je het begin van Chopins Etude (Opus 10) nummer 12. Chopin hoor je hier trouwens op elke straathoek, maar zelden uit bankjes.

Ik heb er een filmpje van gemaakt. Het beeld dat je voorbij ziet komen is van Copernicus, in de grond zijn de eerste zes planeten van ons zonnestelsel afgebeeld, griezelig dicht bij elkaar want het plein was niet ruimer. Copernicus zit natuurlijk op de baan van de aarde.


vrijdag 9 oktober 2015

Three days of the condor in Warschau


Zojuist kwam ik aan in het Logos Hotel in Warschau, min of meer op de naam uitgezocht, en billijk geprijsd bovendien. Hier blijf ik drie dagen.

Voor ik bij de balie geholpen kon worden, was daar eerst een druk sprekende Italiaan uit Milaan, die een mondje Pools kende want hij heeft hier tien jaar geleden gewoond maar het was allemaal zo veranderd en een deel was vooruit betaald door vrienden was dat zo in orde en de rest moest dat nu of later en kon hij ook een eenpersoonskamer krijgen die wat hoger was dan de tweede verdieping zodat hij toch nog iets van een Panorama View zou hebben en het was toch wel veilig om hier met je tas en je beurs bij je op straat te lopen hier, tuurlijk, want Polen zijn beste mensen en zeker de inwoners van  Varsovie, maar ontbijt, grazie, geen ontbijt, want dat was Poolse keuken natuurlijk, daar houdt hij niet van,  hij is van de jus d'orange en de croissant, trouwens tak, dat is toch ja in het Pools (ja, zeiden de meisjes achter de balie), dat is grappig want in het Milanees zeg je soms ook tak als je ja bedoelt, en zo ging het nog een tijdje door.

Ik stond er geamuseerd naar te kijken, ik had geen haast. De tippel van het station hierheen was langer geweest dan ik had verwacht dus ik was al lang blij dat ik het hotel had gevonden.

Terwijl hij de rekening in zijn zak stak, sprak hij mij aan.

,,You speak English?"

Ja, zei ik.

,,You know the movie with Robert Redford, in the seventies, it is a thriller, Three days of the condor?"

Ja, die kende ik wel.

,,You look like the actor that plays the killer, with a hat and the glasses and a moustache", zei hij. ,,I see that, I am photographer, I remember face but not name. From Sweden."

,,Max von Sydow", zei ik. Liever had ik op Robert Redford geleken, maar je hebt het niet altijd voor het kiezen.

,,Max von Sydow!", riep de Milanees uit. ,,You look like Max von Sydow, with the hat."

Hij zit ook in The Exorcist, zei ik. Ook met een hoed. De Milanees keek me vragend aan, ik herhaalde de titel en hij  begreep het ineens: ,,Ah, si! L'esorcista! horrormovie.  But Three days of the condor, very good film."

(Ik heb het plaatje erbij gezocht, zeg het zelf maar)

zaterdag 3 oktober 2015

Een klavierleeuw in Sneek



De uitdrukking klavierleeuw kende ik wel, maar ik had er nog nooit een gezien.

Tot vorige week bij de uitreiking van de Gouden Gurbes in Theater Sneek, waar een van de intermezzo's verzorgd werd door Masquerade Theater uit Kollumerzwaag. Een grote groep Lion King-achtige jeugd kwam het podium op, waaronder deze klavierleeuw dus. Of klaverwelp, misschien.

Het hoort misschien niet zo voor een presentator, maar vanuit de coulissen heb ik een fotootje van hem gemaakt.

Ik ben er niet helemaal zeker van of het een leeuw was, maar het was wel een Steinway.



maandag 28 september 2015

Bloedmaan over Kerkstraat

De vorige keer dat je boven de Grote Kerkstraat een volledige maansverduistering kon zien was, herinner ik me, op mijn verjaardag in 2008. Zoë trok enthousiast de visite mee de stoep op, roepend ,,Een volledige maansverduistering!"

Vannacht was het weer zover, bloedmaan noemden de kranten het al.

Ik had de wekker ervoor gezet en ik verwachtte dat de straat vol zou staan, met vaders die hun kinderen op het wonderlijke zonnestelsel zouden wijzen, nerds met enorme telelenzen, mensen in volkswagenbusjes die de hele avond al vol verwachting wijn hadden zitten drinken, verbaasde kroegbezoekers en, wie weet, een enkeling met broodjes worst in de verkoop. Zoiets als bij de totale zonsverduistering waar ik jaren geleden eens met Sybe voor naar Luxemburg ben gereden. Stiekem hoopte ik ook op slechtgeklede christenen die met bloeddoorlopen ogen tussen de massa zouden doorrennen en waarschuwingen zouden roepen over Het Einde der Tijden, dat nu werkelijk nabij is.

Niks van dat al. Het was doodstil. Ik stond met alleen een broek en een jas aan in de deurpost, er kwam een student voorbij met zijn fiets aan de hand, omdat hij niet meer durfde fietsen denk ik, en er passeerde een busje van een verhuisdienst. Een keer stak de overbuurman zijn hand uit het dakraam, met een mobieltje erin, om een foto te maken.

Na een half uurtje vond ik het welletjes. Dit was bloedmaan, goedenacht.





Overigens was gisteravond de zon ook al lekker bezig. Die kosmos van ons zit toch verdomd leuk in elkaar.

vrijdag 25 september 2015

Afols en hun cockpitproblemen

Zonder nadenken zat ik de Imperial March te neuriën, het melodietje dat in de Star Wars-films klinkt zodra Darth Vader in aantocht is.

,,Weet je waar ik zometeen heenga?", zei collega Wieberen onmiddellijk. ,,Naar Stiens. Ik ga de lego-set kopen van Poe's X-Wing Fighter."

Wieberen is, heeft hij me al eens uitgelegd, een Afol, een Adult Fan of Lego. Dat is een genootschap van volwassenen (vooral mannen, denk ik), die na hun dark ages (de tijd dat ze dachten dat ze te groot waren geworden om met Lego te spelen) weer op het rechte pad zijn teruggekeerd.

Ik ben geen Afol, maar ik ging graag mee. Wieberen had al eens verteld over Mr Bricks, een Legowinkel in Stiens. De winkel is naast een woonhuis, op de plek waar bij andere huizen de garage zit. Mr Bricks staat zelf achter de toonbank, een lange man met een bril.

,,Hoi Sido", groette Wieberen. In het echt heet Mr Bricks Sido Bergsma. Hij is ook een Afol. Het liefst, kreeg ik de indruk, zou hij elke doos openscheuren en alles zelf in elkaar zetten, maar dat gaat niet meer als het je nering is geworden.



Poe's X-Fighter is een straalvliegtuig uit de nieuwe Star-Warsfilm die in december gaat draaien.

,,Hier is hij", zei Wieberen en greep een doos van de plank. 717 onderdelen heeft deze set, waaronder piloot Poe Dameron zelf, hier een geel poppetje, in de film acteur Oscar Isaac.

,,Het is een beetje een risico", zei Wieberen. ,,Want er zijn een aantal sets waar de cockpit niet goed sluit."

Overal stonden Star Wars-dingen die Mr Bricks al had opgebouwd. Het was een en al beweegbare onderdelen en vernuftige klepjes waaronder mannetjes schuilgaan.

Er was een indrukwekkende Millennium Falcon en Wieberen wees afgunstig op een Imperial Shuttle, die als topstuk geldt.

Als hoogtepunt mochten we ook nog even in de folder gluren met afbeeldingen van Star-Warssets die in januari pas komen. Over alle afbeelding stond een tekstje gedrukt dat deze plaatjes confidential zijn.

We rekenden af. ,,Succes met de cockpit", zei Mr Bricks.

Op de terugweg begon Wieberen over de ultrageheime folder. Hij had er niets in gezien dat hij wilde hebben, zei hij. Ik had er geen mening over, maar die grote Millennium Falcon uit de winkel vond ik wel mooi.

,,Waarom koop je die niet gewoon?" zei Wieberen. Zo subtiel gaan Afols te werk.


woensdag 23 september 2015

Moraliseren is een heel andere vorm van pornografie bedrijven



De aflevering van Andere Tijden van gisteren ging over Seks in de speelfilm. Omdat het een kort programma is (in dit geval zelfs veel te kort) beperkte het zich tot drie films, Mira van Fons Rademakers, Wat Zien Ik van Paul Verhoeven en Blue Movie van Wim Verstappen en Pim de la Parra.

(De in dit rijtje zeker thuishorende film Daniël werd weer eens overgeslagen, maar gelukkig is er voor zulke gevallen Cinema Ascona, die hem een keer met hoofdrolspeler Peter Schaapman erbij heeft vertoond. Die geregeld kreunde van ellende en schaamte bij het weerzien. Maar wel fantastische anekdotes wist.)

In het midden van de uitzending zat een opname van Wim Verstappen in een rotan hangstoel, die over pornografie praat. Of Wim goede films heeft gemaakt, daar zijn de geleerden het niet over eens en wij bij Ascona ook niet, maar hij kon ze wel fantastisch verdedigen. Hier ook, al wordt uit het fragment niet duidelijk in wat voor verband hij dit zegt:
,,Elke cultuur heeft een geweldige behoefte aan pornografie. De Indiërs vooral hebben dat opgelost door een literatuur waar wij nauwelijks in durven te lezen zonder rode oren te krijgen.'' 
,,Maar wij hebben het probleem heel anders opgelost. Wij zijn aan het moraliseren geslagen. Moraliseren is een heel speciale vorm van pornografie bedrijven, waarbij je zegt 'Ik mot d'r niks van hebben' om er zo toch aan te kunnen blijven denken en er over te kunnen praten." 
,,Daarom geloven wij, geloof ik van Skoop, dat het nuttig is in onze beschaving andere vormen van, van, ja, pornografie te brengen die minder kwetsend zijn. Het goede recht van eerlijke pornografie."
Mooi gezegd, Wim. Ik citeer het hier, omdat  ik jaren na hem ook in Skoop heb geschreven, zonder ook maar een keer te beseffen dat al mijn stukjes eigenlijk niet-kwetsende pornografie zijn geweest.



zaterdag 12 september 2015

Een Barry Lyndon-momentje

Burgemeester en wethouders en secretaris van Leeuwarden hulden zich vandaag in achttiende-eeuwse kleding, vanwege Open Monumentendag. Op die dag is ook het stadhuis open, waarvoor de eerste steen in 1715 is gelegd door het driejarige zoontje van Maria Louise en Johan Willem Frederik.

Ze zouden op het bordes verschijnen, een Barry Lyndon-momentje dat je niet wilt missen. Een haag bezoekers had zich om elf uur voor het stadhuis verzameld om dit te zien.

Die verkleedpartij had, zo werd me achter de schermen verteld, nogal wat voeten in de aarde gehad want niet iedereen had er zin in. Er waren eersterangs kostuums uit Assen gehaald, ,,niet iets uit de feestwinkel", zei Saskia Wagenvoort, die de twee dames en zes heren had opgekleed.


Henk Deinum, bijvoorbeeld, had er geen zin in gehad, vertelde hij zelf. Maar hij was er het beste van allemaal uitgekomen, ook dankzij de lange pijp die ze hem erbij hadden gegeven. De foto hierboven  is een bewerkt, zodat hij wat schilderij-ig is. Het befje schoof hem de hele tijd scheef om de hals.

,,We hebben hem nog nooit met haar gezien", zeiden de anderen om beurten. De meningen verschilden. Ik vond hem een eersteklas regent, maar met een ander pak aan had hij ook zo voor een rocker op leeftijd kunnen doorgaan. Robert Plant of Jimmy Page, zeg maar.

,,Als ik mijn bril erbij op zet, ben ik net Oboema", vond hij zelf. Zit wat in, kijk maar.

Thea Koster had vooral iets bruid-achtigs.


Het was even wachten voor de groep het bordes op kwam, want Isabelle Diks was nog niet klaar. ,,Dat had je in de achttiende eeuw ook, vrouwen die altijd wat te laat komen", grapte iemand. Kijk die brillen - die kunnen natuurlijk eigenlijk niet, maar ze gingen niet af.

Uiteindelijk kwam Diks. ,,Ik moest nog blond worden", legde ze uit. Of het echt achttiende-eeuws was, dat weet ik niet, voor mijn gevoel was het meer Liz Taylor. Maar dan blond, dus.

Burgemeester Ferd Crone las een tekst over het stadhuis voor, en nodigde iedereen toen binnen om een kijkje te komen nemen. Dat deden mensen volop, maar nog liever maakten ze een selfie met een van de verklede wethouders.
In de achttiende eeuw rookten heren, naar het schijnt, stevig, maar of ze shagjes rolden vraag ik me af. Andries Ekhart in elk geval wel.

Oud-wethouder Marco Florijn nam ook een kijkje. ,,Als ze dit in mijn tijd hadden bedacht, had ik daar zeker niet aan meegedaan", zei hij resoluut. ,,Zo'n pak trek ik niet aan."

,,We hebben anders nog wel een kostuum in je maat", bood de man van de kostuums aan. ,,Alleen geen pruik meer." Maar Florijn liet zich niet vermurwen. Wethouders op andere gedachten brengen is een kunstvorm op zich.