woensdag 31 juli 2013

Duivelskind op de preekstoel


Al in het begin van 'Kinderen van het ruige land' vergelijkt hoofdpersoon Kai zich met Damien Thorn, het duivelskind uit de griezelfilm 'The Omen'. Kai is een alter ego van schrijver Auke Hulst.

Damien Thorn werd destijds gespeeld door een vierjarig jongetje, Harvey Stephens, hiernaast op de foto. En inderdaad, Hulst heeft wel iets van dat jongetje, vond ik, toen ik drie kwartier of zoiets tegenover hem zat in de doopsgezinde kerk van Nes, om hem over het boek en zijn ongewone jeugd te ondervragen.

Het was een bijzondere opstelling: we zaten op gematte stoelen recht tegenover elkaar, het publiek (de kerk zat vol) zat er in een kring omheen. Als je zo lang recht naar iemand kijkt, kan het ineens opvallen dat hij contactlenzen draagt.

De kleine Damien Thorn maakt enorm veel misbaar als zijn ouders hem naar een kerk meenemen. Dat deed Auke Hulst dan weer niet. Hij sprak honderduit over de autobiografische aspecten van het boek, verklapte dat zijn zusters ook in het publiek zaten en vertelde uitgebreid over de vele malen dat hij als kind op Ameland was geweest.

Eerst gingen ze met het hele gezin, in huisje Gelderland tussen Nes en Buren (niet met name genoemd in de roman, maar hier natuurlijk wel) en later, toen zijn vader niet meer leefde, in een caravan in Ballum. ,,Een slaperig dorp", schrijft hij. ,,Er was geen amusementshal, geen winkelstraat, geen subtropisch zwemparadijs - alleen een koud buitenbad en trampolines waarop ze elkaar pijn probeerden te doen. Kai haatte dit deel van het eiland."

Zijn vader, A. K. Hulst, heeft in 1963 nog een gidsje voor Ameland geschreven. Ik had het geleend en meegenomen naar het gesprek. Het interessantste dat hij meldt is dat er op Ameland geen hazen voorkomen. Vader Hulst had in de jaren zeventig nog geprobeerd burgemeester van het eiland te worden, maar hij legde het af tegen Hans Lesterhuis.

Na het gesprek zong Hulst drie liederen die met het boek te maken hadden, waaronder een met de zin 'Het eiland ooit geweest was een plek tussen mijn oren.'

Tenslotte klom hij op de preekstoel om een lang stuk uit zijn boek voor te lezen. Het had iets ironisch, iemand die zich als kind met Damien Thorne vergelijkt nu als volwassene op zo'n plek. Hulst vond het zelf ook vermakelijk, vertelde hij na afloop.
Hieronder de fantastische, huiveringwekkende muziek van 'The omen', van Jerry Goldsmith.

maandag 29 juli 2013

LC-column: Endurance

Op 10 juli was mijn column in de Leeuwarder Courant de weerslag van een telefoongesprek dat ik had, een dag voor mijn eerste zwemles. Daar had ik een zwembroek voor nodig. De vraag was alleen: welke? Zo'n vraag leg je voor aan een expert.

‘Mijn moeder had ook geen zwemdiploma’’, zegt Johan Kenkhuis luchtig. ,,Ze is pas gaan zwemmen toen ze 30, 35 was. Nu zwemt ze vier keer in de week.’’

Dat zijn nog eens onthullingen. Kenkhuis lag als kind al in het zwemwater en verzamelde als zwemmer zilveren en gouden medailles. Bij de Olympische Spelen in Athene 2004 won hij met Pieter van den Hoogenband, Mitja Zastrow en Klaas-Erik Zwering zilver op de vier keer 100 meter vrije slag, vorig jaar was hij bij de NOS deskundige bij het olympisch zwemmen in Londen.

De ideale man om te vertellen wat voor zwembroek ik moet kopen, nu ik eindelijk zwemles ga nemen en over 65 dagen 1000 meter wil doen op het Leeuwarder Inktpotevenement.

,,Wanneer is dat?”, vroeg hij. 14 september. ,,Dan is het water nog redelijk warm. Dat is goed, want als het koud is kost dat veel energie. Het is belangrijk dat je niet te veel energie verspeelt op zo’n afstand en je rust bewaart. Dan kun je het lang volhouden.”

Die kilometer moet in een uur te doen zijn, is zijn inschatting. Maar: ,,met één keer in de week zwemmen red je het niet. Er is volharding nodig, enthousiasme en hard werk, het komt niet vanzelf. Je moet zeker drie keer in de week. Maar dan kan het ook snel gaan.”

Ter zake nu. Wat voor zwembroek moet het worden? ,,Een Speedo”, zegt hij. ,,Met korte pijpjes of zo. Geen grote zwemshort, surfbroek of beachbroek. Die zie je veel, maar ze gaan slepen, dat kost je zo 5 tot 10 procent. Je moet een zwembroek kopen die nauw aansluit. En omdat je buiten gaat zwemmen, een Speedo endurance. Die gebruiken wij ook bij de training, daar doen we zeker een half jaar mee.”

Ook een brilletje? ,,Die zijn wel prettig, dan krijg je geen water in je ogen.”

Nu ja, zeg ik. Misschien misluk ik ook wel helemaal bij dat Inktpotevenement. ,,Daar kan ik niet tegen”, reageert Kenkhuis. ,,Als topsporter ga ik niet trainen met het idee dat het ook kan mislukken.”

Bij Perry Sport in Leeuwarden bleken ze de Speedo Endurance te hebben, en brilletjes, van hetzelfde merk, ook. Op internet las ik later dat Speedo in China gemaakt wordt en er een luchtje aanzit van sweatshops, maar toen was het al te laat. Je kunt ook bijna niks meer kopen.

Collega Jaap vond het maar onzin, zeker toen hij het bonnetje zag van de zwembroek. ,,Daar koop ik er wel vier voor", zei hij. Die zullen dan helemaal wel uit ongure sweatshops komen.

(De foto heb ik ergens van internet gejat en bewerkt.)

woensdag 24 juli 2013

Asing & Asing



Zijn er al weinig mensen die Asing heten, de kans dat je er een op schoot hebt is helemaal klein. Hier gebeurt dat, met Elvis Pieter Asing Maria. Die elektronische schermpjes bijzonder boeiend vindt, een trekje dat hij vermoedelijk van zijn vader heeft.

maandag 22 juli 2013

LC-column: 1000 meter

Op 1 juli stond onderstaande column in de Leeuwarder Courant. Voor de lezers van dit weblog die de krant niet lezen doe ik hem hier ook nog een keer.

Een week geleden meldde ik dat ik niet kan zwemmen en het snel wil leren om in september mee te doen aan een zwemtocht van 1000 meter. Dat maakt nogal wat los.

Als ik het straks kan, zei een buurman, moet ik zo snel mogelijk met dolfijnen gaan zwemmen. Hij had dat al twee keer gedaan en zijn ogen werden wazig bij de herinnering.

Uit Dokkum kwam een mail van een mevrouw die zich als schoolmeisje voor de badmeester verstopte. Op haar 45-ste overwon ze haar watervrees op een cursus in Leeuwarden. ,,Na tien lessen zit je op de bodem een banaan te eten”, verzekerde Ryk van Dijk van de reddingbrigade haar. Wat daar het nut van is, is onduidelijk, maar haar vrees was weg na tien lessen en nu zwemt ze fanatiek. ,,Hou moed en ga er toch maar eens voor”, raadt ze aan.

Andere lezers komen met tips. Zo weet een mevrouw uit Drachten dat je bij sportschool Ebert in de eerste schoolvakantieweek in een keer kunt leren zwemmen. ,,U bent dan wel bij kleine kinderen in het bad maar ik zou zeggen: laat u informeren”, zegt ze. Haar dochters hebben er lesgegeven, en ,,zelfs Riemer van der Velde voelde zich als een (grote) vis in het water en safe in het bad”.

Het mooiste aanbod kwam van Rob Berg, die bij het Cios in Heerenveen zweminstructeurs opleidt. ,,Geeft zich op voor een 1000 meter in buitenwater terwijl hij nog niet eens zwemvaardig is”, reageert hij spottend. ,,1000 meter is 1 kilometer, oftewel 10 x 100 meter en 100 meter is vier baantjes in jullie zwembad in Leeuwarden. Dat kun je nog niet!”

Dat wist ik al, maar hij heeft een oplossing. Als ik wat eerder was gekomen, en niet pal voor de vakantie, had ik ,,onder begeleiding van mijn studenten, kunnen omvormen tot een echte Orca, We hebben helaas nog maar een weekje te gaan, dus het zal niet eerder dan september worden voor wij je verder kunnen helpen.”

Een heleboel zwemleraren in een keer – dat hou ik even op reserve. Die 1000 meter gaat me vast lukken. 

(De afbeelding komt van de website van het Inktpotevenement, waar ik aan mee ga doen. Het is de plattegrond van de prestatietocht, die langs de Prinsentuin, van de Vrouwenpoortsbrug naar de Noorderbrug gaat.)

zondag 21 juli 2013

A heart under the riem

Uit Portland, Oregon kwam een bericht van Maureen Long, die over een paar weken 84 wordt en een gretig zwemmer is. Op haar tachtigste verjaardag, toen ze in Amsterdam was op doorreis naar Kenia, zijn we in de hoofdstad op zoek gegaan naar een badmuts. Een van haar zoons, Erin, is duikinstructeur geweest in Thailand.

Op mijn mailtje dat ik nu eindelijk eens op zwemles ben gegaan, kwam haar antwoord met de suggestie om zwemvliezen te nemen. Weet niet of ik dat ga doen.
WOW, I AM IMPRESSED by your challenging yourself...1000 meters is 40 lengths of the 25 meter pool where Erin and 'share time and swim laps'...must do the 'math' on that but think it is nearly SEVEN times what I did last Wednesday....YOU AND ERIN HAVE THE HEIGHT, THE LONG LEGS and ARMS....
SUGGESTION: see if your "for 2 month instructor' will allow you to use flippers and do NOT GET ONES with the extra long 'ends'...because even the shorter ones will be great assist in that lessons for 2 months to ACCOMPLISH 1000 METERS IS REALLY some challenge.
Even later kwam er een vervolgmailtje, met het voorstel om de machtige Columbiarivier, die de grens vormt van de staten Washington en Oregon, over te zwemmen. Maureen garandeert dat ik het er levend zou afbrengen.
Plan now to visit your TX brother&family, and your lifelong friends in mile-hi-city and COME ON LABOR DAY (first Monday in September) and swim across the Columbia River (border of WA/OR), get a t-shirt, hot drink&sandwiches, and have fun.  I'll try to find the DVD of the year I enjoyed the event (Sponsor: Chamber of Commerce, HoodRiver, OR)
I 'beat' my estimated time by 9-11 minutes.  It is only 1.5 miles.  A ferry (smaller than the one to TEXEL, NL) takes swimmers over to the shore of Washington, then you swim diagonal to the Oregon shore.  Yes, there are 'rescuer' boats so you WILL BE ALIVE TO RETURN TO YOUR BEAUTIFUL NETHERLANDS.

maandag 15 juli 2013

LC-column: Zwemmen

Dit is mijn eerste zwemcolumn, die op 21 juni in de krant stond. Op verzoek van een genomineerde voor de Libris Geschiedenisprijs, die de Leeuwarder Courant niet leest (foei) zet ik hem hier. De latere zwemcolumns komen later.
Elke dag verdrinken er tien Amerikanen. Acht van hen zijn mannen. Dat komt uit Amerikaanse statistieken van 2005 tot en met 2009. De voornaamste reden dat er daar jaarlijks een stad verzuipt die iets groter is dan IJlst, is dat mensen onvoldoende kunnen zwemmen. Waarom er meer mannen verdrinken dan vrouwen wordt niet verklaard.
In Nederland is het gunstiger. Het Centraal Bureau voor de Statistiek meldt dat er in 2011 (het laatste jaar waar gegevens van zijn) 74 landgenoten fataal koppie-onder gingen. Ook hier zijn de mannen sterk in de meerderheid.
Dus ik behoor tot een risicogroep, want ik ben een man, vaak in Amerika en ik kan niet zwemmen.
,,Jij komt toch van Ameland?”, vragen mensen verbaasd als ik dat vertel.
,,Jawel, maar daar gaat een veerboot naartoe”, antwoord ik meestal.
En er was daar geen zwembad. Toen ik naar Leeuwarden op school ging, werd ik naar zwemles gestuurd en stond als enige twaalfjarige tussen vijfjarige kinderen. Moeders keken me meewarig aan. Bovendien was dat zwembad, het overdekte, een stinkhok met brullende nazi’s als zwemleraar en een tegelvloer die aanvoelde of er een paar centimeter snot op was gesmeerd.
Daar kwam ik na de eerste keer niet meer terug. Om het gezin waar ik in de kost was te foppen, fietste ik wat rond en maakte zwembroek en handdoek nat onder de kraan. Op schoolreisjes, waar een bezoek aan het zwembad als hoogtepunt werd beschouwd, was ik altijd mijn zwemkleding vergeten.
Toch neem ik me al jaren voor om te leren zwemmen. Ik had de folder al in huis van sportschool Pierre Zenden in Limburg, waar het in een week kan.
Onlangs sprak ik Aart, van zwemvereniging Orca. Die organiseert op 14 september het ‘Inktpotevenement’, met een zwemtocht bij de Prinsentuin.
,,Waarom doe je niet mee?”, zei Aart. Dat is een goede stok achter de deur. Ik gaf me op voor de 1000 meter. Zoiets moet kunnen, ik heb immers nog 84 dagen de tijd. En je schijnt het in een week te kunnen leren. Alleen: waar?
Op deze column kwamen een paar reacties. Een hele lieve van een mevrouw uit Dokkum, die op haar 45-ste haar watervrees had overwonnen en nu heel vaak gaat zwemmen, en me aanmoedigde om het vooral te doen, zwemmen leren.

Een bestraffende met een knipoog van iemand van het CIOS, de sportopleiding in Heerenveen, waar ze ook zweminstructeurs opleiden. Als ik wat eerder was geweest, zei hij, had hij zijn leerlingen op mij kunnen zetten, maar nu was het bijna vakantie.

En er kwam een uit Drachten, van de weduwe van Jan Ebert, de oprichter van de naar hem genoemde sportscholen in Leeuwarden, Drachten, Heerenveen en Groningen. Volgens haar kon je in Leeuwarden ook in een week leren zwemmen.

In de volgende zwemcolumn ging ik daarop in. Die staat binnenkort ook op dit weblog.

(De foto van 'Het overdekte' in Leeuwarden, het niet meer bestaande zwembad aan het Catsplein, komt van het Historisch Centrum Leeuwarden. Hij is een beetje na-gephotoshopt.)

zondag 14 juli 2013

Levend ontvrienden


Deze foto's van Marleen Swart had ik nog, van Oerol. Daar was een boeiende voorstelling,  meer een spel, bedacht door Emke Idema, die vanachter het publiek een laptop bediende met een computerstem, die instructies gaf.

Het heette 'Stranger', het werd gespeeld in de vertrekhal van Doeksen en het kwam erop neer dat mensen op basis van eerste indrukken keuzes maakten. Zes mensen gaven zich op als kandidaat, drie anderen (onder wie ik) als jury, de rest was publiek. De kandidaten moesten uit een woud van stokken met mensengezichten erop iemand kiezen 'die je vriend kan zijn', of een aardige werkgever, of een one-night stand.

Twee kandidaten moesten dan iemand van hun 'team' (die stokkenkoppen) nomineren voor vragen als 'Wie stemt VVD' of 'Wie komt altijd te laat' of 'Wie leest hooguit een keer per jaar een boek'. De jury oordeelde daarover.

Met die stokkenpoppetjes was het nog wel leuk, maar in een volgende ronde werden er ook mensen uit het publiek gekozen en werden de vragen steeds raarder.

'Wie heeft spijt van iets dat hij vandaag heeft aangetrokken', 'Wie is ijdel', 'Wie gelooft in god'.  Als het om levende mensen gaat, wordt dit ontvrienden op basis van vooroordelen al snel een beetje pijnlijk. Meestal houden kandidaten er ook mee op, vertelde Emke Idema na afloop - dat is natuurlijk waar het om gaat. Hier gebeurde dat ook.

Ook juryleden konden worden weggestuurd, door het publiek. Daar leek niet echt een protocol voor te zijn, dus ik stelde voor om met zijn drieën voor het publiek te gaan staan en iedereen gewoon het ergste jurylid laten aanwijzen.

Ik was de lul, zie hierboven. Misschien vanwege mijn meedogenloze oordelen, misschien vanwege mijn rotkop, misschien omdat de andere twee juryleden leuke jonge meiden waren. Het meisje achterin dat zo ontzet de handen voor haar gezicht slaat is productie-assistente Roos Euwe.






vrijdag 5 juli 2013

Een piemel!


Uit de richting van La Venezia fietste zojuist een jonge vader langs de Nieuwburen. Twee kinderen: een jongetje voorop en een meisje achterop. Hij fietste heel langzaam.

Het meisje, misschien was ze vier, kreeg de etalage van de seksshop in de gaten en begon te roepen: ,,Een piemel! Pappa, een piemel!"

De vader zei iets, maar niet zo luid. ,,Het is een piemel papa!", riep ze weer.

Haar broertje werd er door aangestoken en riep ook: ,,Een piemel! Een piemel!"

Dat kon zijn zus niet over haar kant laten gaan. Zij deed er nog een schepje bovenop. ,,Die piemel heeft een scheetje gelaten!", riep ze.

,,Dat kan niet", zei vader en knipoogde terwijl hij me passeerde.