maandag 21 januari 2019

Good & Bad & Ugly & ik


Hier sta ik tussen The good, the bad and the ugly in de Cinémathèque Française in Parijs. Deze wand met negen verlichte foto's was meer verleiding dan ik aankon. Vandaar dat Joop me er op de foto heeft gezet.

The good (Clint Eastwood) en the ugly (Eli Wallach) doen net of ze me niet doorhebben, maar Lee van Cleef (the bad) kijkt me aan vanuit zijn ooghoeken.

De Cinémachèque is het Franse filmmuseum en -archief. Vroeger zat het in Palais de Tokyo, vlakbij de Eiffeltoren, maar daar vloog twintig jaar geleden het dak in de fik. Daarom zit het nu in nieuwbouw in het Parc de Bercy, ontworpen door sterarchitect Frank Gehry. Het is een beetje weggestopt tussen lelijke hotels, overheidskantoren en een stadion, maar dat geeft niet, want het gaat om de binnenkant.

De vaste opstelling in het filmmuseum is aardig. Een paar tandwielen uit Modern times van Charlie Chaplin, het gemummificeerde hoofd van de moeder uit Psycho, van Alfred Hitchcock, veel kostuums en heel veel apparaten uit de oertijd van de film.

Maar ik was er voor de speciale tentoonstelling over Sergio Leone. De Italiaanse filmmaker die minder aanzien heeft dan  Fellini, Pasolini, Antonioni of Bertolucci, maar die wel The Good, the Bad and the Ugly heeft gemaakt, waar ik als vijftienjarige heel, heel diep van onder de indruk was.

Dat ben ik trouwens nog.

Daarnaast maakte Leone ook Once upon a time in the west, waar Bertolucci trouwens aan het script meewerkte - die claimde dat dankzij hem een vrouw de hoofdpersoon was. En Once upon a time in America, die ik hoognodig moet terugzien. En dan die lange, gerestaureerde versie.

Het is geen reusachtige tentoonstelling, maar wel een mooie. Veel over zijn voorgeschiedenis, dankzij zijn pa (filmmaker) en moeder (actrice) was hij al vroeg bij de film betrokken.

Zijn kleine rolletje in Ladri di bicicletti is te zien, wat foto's uit de eerste film die hij zelfstandig regisseerde (Il colosso di Rodi).

 En dan gaat het los, met die klassieke westerns met de ultrastoere Clint Eastwood.

Over een paspop hangt de poncho die Eastwood bij A Fistful of Dollars, For a Few Dollars More of The Good, the Bad and the Ugly aan zou hebben gehad, maar die ziet er eigenlijk veel te nieuw en niet-gedragen uit voor een kledingstuk midden jaren zestig.

Mijn wantrouwen werd nog versterkt door de soortgelijke poncho's die je voor 79,90 euro in de museumwinkel kon kopen.

Nou ja, over die tentoonstelling heb ik in de Leeuwarder Courant wel geschreven.










zaterdag 19 januari 2019

Erectie-alarm

Pim de la Parra, die met Wim Verstappen een geruchtmakend filmduo vormde in de jaren zeventig, sprak ons toe vanaf het scherm. Dat was in Eye in Amsterdam, waar maandag een gerestaureerde versie van Blue Movie uit 1971 vertoond werd.

De kern van het Cinema Ascona-bestuur was erbij. Het kwam goed uit dat de penningmeester juist een vintage-stoel verkocht had aan iemand in Amsterdam en er met zijn grote auto toch heen moest.

De uitwisseling gebeurde, heel filmisch, in het schemerduister voor het Eye-gebouw.

Zelf had ik het Scorpio Scrapbook in de tas, een aardig boekje over de films van Pim & Wim en een aflevering van het blad Skoop over het Blue-Movie-gedoe van toen.

De film gaat over een jongeman (Hugo Metsers) die vijf jaar vast heeft gezeten omdat hij gerotzooid had met de vijftienjarige dochter van een notaris uit zijn dorp. De reclassering (Helmert Woudenberg) heeft hem een woning in de splinternieuwe Bijlmer in Amsterdam toegewezen.

De flat zit vol verveelde geile huisvrouwen, die als smoesje voor seks kopjes suiker lenen. Dus Metsers doet het overal, tot in de lift toe met een blondine van wie ons kritisch bestuurslid na afloop per se de naam wilde weten. Die heet Marijke Boonstra.

Zij is niet Fries, maar we vonden toch een Fries tintje in de film. Want in een van de woningen hangt de poster Artis Moet Blijven in de gang. En daar staat José op, al heel lang de vriendin van de vaste Ascona-bezoekers. Die in Surhuizum wonen. Voilà, trivia!

De film was eerst afgewezen door de filmkeuring - toen bestond er nog zoiets - en na een krachtig en erudiet verweer van Verstappen (dat in zijn geheel in Skoop werd afgedrukt) alsnog goedgekeurd. Kort daarna hield de filmkeuring op te bestaan.

Pim de la Parra, die de bezoekers van te voren toesprak in een filmpje vanuit Suriname, vertelde gniffelend hoe weinig er maar gebumsd werd (dat woord gebruikte hij) en hoeveel aanstoot er was geweest omdat het lid van Hugo Metsers zich tijdens de opnamen verhief en je dat net in het kader van het beeld kon zien.

Zo herinnert hij zich dat misschien, maar er klopt weinig van. Hugo Metsers zijn piemel, slap en half stijf, kwam ruim in beeld. Hij doet het vooral met Carry Tefsen, die later bekend zou worden als Mien Dobbelsteen in de serie Zeg eens Aaa.

Na afloop werden allerlei betrokkenen voor het doek gehaald, voor een nagesprek. Dat was een wonderlijk gedoe, omdat de microfoons niet goed werkten en bovendien onduidelijk was of iedereen er wel was.

Bill van Dijk bijvoorbeeld, later een musicalster en in deze film een burgermannetje dat er aan de geile flat ten onder gaat, was er niet.

Maar wel Hugo Metsers (rechts op de foto) en Carry Tefsen. Zij was goed te herkennen, maar hij is volkomen veranderd.

De indrukwekkende bakkebaarden zijn verdwenen en er staat nu een vriendelijke, kale senior met een brilletje.

,,Mag ik u een handtekening vragen in mijn Scorpio Scrapbook'', vroeg ik hem.

,,Ja leuk, natuurlijk'', zei hij, en zette een elegante lange krabbel onder een foto waar hij zelf een halve eeuw jonger op staat.

Ook Carry Tefsen zette een handtekening, maar dat was meer het soort paraaf dat leraren vroeger in klassenboeken zetten. ,,Hij is niet zo mooi'', zei ze er zelf bij.

Er waren meer van zulke fans. Achter ons zaten twee jongens die allerlei posters hadden meegenomen en dezelfde Skoop die ik ook had.

De secretaris van Cinema Ascona liet de dvd van Blue Movie door haar tekenen, zodat we nu al over drie gesigneerde dvd's beschikken:

Andy, Bloed en Blond Haar
Spetters
en deze.

We hadden destijds Daniel ook moeten laten signeren, maar daar hebben we toen zo snel niet aan gedacht.



woensdag 2 januari 2019

Drie keer John Denver



Het was de laatste donderdag van 2018 en ik hoorde drie keer John Denver.

Bij de begrafenis van omke Libbe, in het kerkje van Oudehaske, klonk die ochtend niet alleen Jim Reeves en Wonderful world van Louis Armstrong, maar ook Sunshine on my shoulders van John Denver. Onmiddellijk dacht ik aan collega Fedde, die zo'n diep gewortelde weerzin tegen John Denver heeft.
Sunshine on my shoulders makes me happy
Sunshine in my eyes can make me cry
Sunshine on the water looks so lovely
Sunshine almost always makes me high
Een van de toespraken was door een schaatsmaat, een reusachtige man met een rode trui, die stram het podium opzwaaide en memoreerde hoe Omke Libbe niet lang voor zijn dood nog had gezegd: ,,Wat binne wy moai te riden west, no?''

Die man liep voor me toen we de begraafplaats in IJlst opliepen, die overigens vlakbij de ijsbaan is.

,,Sjochst it wol?'', vroeg hij een metgezel. Hij wees op zijn benen. Hij was aan een knie geopereerd vertelde hij, en de andere zou volgen in januari. Daarom was het ene been nu recht, het andere nog krom.

Iedereen keek. Het was inderdaad duidelijk te zien.

Bij de koffie in Het Wapen van IJlst sprak ik Popkje, de zus van Libbe. Ik vertelde hoe ik vroeger in de boerderij van hun ouders in IJlst onder de indruk was van de koekoeksklok. Die hing hoog aan de muur van de keuken, tussen talloze geweien op plankjes en opgezette hertenkoppen.

Bijna ademloos kon ik staan wachten tot het wonder zich voltrok: een deurtje ging open en er kwam een vogeltje tevoorschijn dat de tijd aangaf.

,,Wolst him ha?'', vroeg Pop. ,,Hij hinget by ús this, mar hy stiet út. Myn man koe der net oer.''

Bij de terugrit naar Leeuwarden klonk nummer 1326 van de Top 2000 uit de radio. Perhaps love van Placido Domingo en John Denver, een zeiknummer van heb ik jou daar.

Perhaps love is like the ocean full of conflict, full of pain
Like a fire when it's cold outside or thunder when it rains
If I should live forever and all my dreams come true
My memories of love will be of you 

Ik begon zowaar collega Fedde te begrijpen.

's Avonds was de Barre Krystkuier van Easterlittens, een avondwandeling van vijftien kilometer.

Pieter had me ervoor uitgenodigd, mede omdat hij die dag jarig was.
Vanuit Easterlittens werden we met bussen naar de mistfontein in Leeuwarden gereden, en vandaar liepen we terug. Wie goed kijkt, kan ons rechts op de groepsfoto zien. Sita, de zus van Pieter, was mee, net als Schumi.

,,Gaat die hond ook mee?'', vroeg een organisator vlak voor bij de groepsfoto werd gemaakt. Pieter had me van tevoren gezegd dat het wel kon. ,,Dat is de bedoeling'', zei ik.

,,Het mag niet'', zei de man. ,,Staat met zulke letters in het reglement. Je loopt onderweg door natuurgebied en je komt ook bij een boerderij waar een waakhond is.''

,,Er was mij verteld dat het goed zou zijn'', zei ik. ,,Maar dan bind ik hem hier zolang wel aan een boom.''

,,Dat is zielig'', zei de man, die een goed hart had. ,,Neem hem dan maar mee.''

Die wandeling voerde langs allerlei schuren waar kerstkoren stonden te zingen, Nynke Rixt Jukema uitlegde hoe het met de lichtvervuiling is gesteld of een accordeonist speelde. Daar kreeg je je warme chocolademelk, een broodje worst of glühwein.

Ook stonden daar dixies, met natuurlijk een rij vrouwen ervoor.

Uit een ervan klonk gerommel, en de vrouw vooraan in de rij riep: ,,Laat je de boel een beetje heel?''

,,Je moet niet denken dat ik naar zo'n dixie ga'', zei de zus van Pieter. ,,Nou helemaal niet meer.''

In een schuur bij Hoptille - dat was de boerderij met de waakhond, maar die liet zich niet zien - stond muziek op. En net toen wij er onze broodjes knakworst zaten te eten klonk daar Calypso. Van John Denver.
Aye Calypso the places you've been to
The things that you've shown us the stories you tell
Aye Calypso, I sing to your spirit
The men who have served you so long and so well

Aan John Denver heb ik niet echt een hekel, maar daarmee was het voor een dag wel genoeg geweest.