maandag 15 juli 2013

LC-column: Zwemmen

Dit is mijn eerste zwemcolumn, die op 21 juni in de krant stond. Op verzoek van een genomineerde voor de Libris Geschiedenisprijs, die de Leeuwarder Courant niet leest (foei) zet ik hem hier. De latere zwemcolumns komen later.
Elke dag verdrinken er tien Amerikanen. Acht van hen zijn mannen. Dat komt uit Amerikaanse statistieken van 2005 tot en met 2009. De voornaamste reden dat er daar jaarlijks een stad verzuipt die iets groter is dan IJlst, is dat mensen onvoldoende kunnen zwemmen. Waarom er meer mannen verdrinken dan vrouwen wordt niet verklaard.
In Nederland is het gunstiger. Het Centraal Bureau voor de Statistiek meldt dat er in 2011 (het laatste jaar waar gegevens van zijn) 74 landgenoten fataal koppie-onder gingen. Ook hier zijn de mannen sterk in de meerderheid.
Dus ik behoor tot een risicogroep, want ik ben een man, vaak in Amerika en ik kan niet zwemmen.
,,Jij komt toch van Ameland?”, vragen mensen verbaasd als ik dat vertel.
,,Jawel, maar daar gaat een veerboot naartoe”, antwoord ik meestal.
En er was daar geen zwembad. Toen ik naar Leeuwarden op school ging, werd ik naar zwemles gestuurd en stond als enige twaalfjarige tussen vijfjarige kinderen. Moeders keken me meewarig aan. Bovendien was dat zwembad, het overdekte, een stinkhok met brullende nazi’s als zwemleraar en een tegelvloer die aanvoelde of er een paar centimeter snot op was gesmeerd.
Daar kwam ik na de eerste keer niet meer terug. Om het gezin waar ik in de kost was te foppen, fietste ik wat rond en maakte zwembroek en handdoek nat onder de kraan. Op schoolreisjes, waar een bezoek aan het zwembad als hoogtepunt werd beschouwd, was ik altijd mijn zwemkleding vergeten.
Toch neem ik me al jaren voor om te leren zwemmen. Ik had de folder al in huis van sportschool Pierre Zenden in Limburg, waar het in een week kan.
Onlangs sprak ik Aart, van zwemvereniging Orca. Die organiseert op 14 september het ‘Inktpotevenement’, met een zwemtocht bij de Prinsentuin.
,,Waarom doe je niet mee?”, zei Aart. Dat is een goede stok achter de deur. Ik gaf me op voor de 1000 meter. Zoiets moet kunnen, ik heb immers nog 84 dagen de tijd. En je schijnt het in een week te kunnen leren. Alleen: waar?
Op deze column kwamen een paar reacties. Een hele lieve van een mevrouw uit Dokkum, die op haar 45-ste haar watervrees had overwonnen en nu heel vaak gaat zwemmen, en me aanmoedigde om het vooral te doen, zwemmen leren.

Een bestraffende met een knipoog van iemand van het CIOS, de sportopleiding in Heerenveen, waar ze ook zweminstructeurs opleiden. Als ik wat eerder was geweest, zei hij, had hij zijn leerlingen op mij kunnen zetten, maar nu was het bijna vakantie.

En er kwam een uit Drachten, van de weduwe van Jan Ebert, de oprichter van de naar hem genoemde sportscholen in Leeuwarden, Drachten, Heerenveen en Groningen. Volgens haar kon je in Leeuwarden ook in een week leren zwemmen.

In de volgende zwemcolumn ging ik daarop in. Die staat binnenkort ook op dit weblog.

(De foto van 'Het overdekte' in Leeuwarden, het niet meer bestaande zwembad aan het Catsplein, komt van het Historisch Centrum Leeuwarden. Hij is een beetje na-gephotoshopt.)