De appelboom leverde afgelopen jaar zoveel op, dat er nog twee emmers vol op de tuintafel staan. Dat komt nog wel, denk je dan, maar voor je het weet is dat moment voorbij en staan de appels er, ingevroren en wel, nog.
Het vindingrijke merelpaar dat hier woont heeft daar geen moeite mee: elke dag zitten ze om beurten de ingevroren appels leeg te pikken. Hoe het moet als de bovenste laag straks op is, daar komen we tegen die tijd wel uit. Zo lang duurt de winter misschien niet eens.
Bij de Romeinen gold merelvlees als delicatesse, dus twee appelgevulde merels zijn misschien wel helemaal het summum, maar ik geloof niet dat ik dat ga uitproberen. Hun gezang schijnt, van alle vogels, het dichtst bij mensenmuziek te staan en waar ze wonen schijnt de bliksem nooit in te slaan. Dat is ook wat waard.