zondag 4 maart 2018
Een gezegende wandeling
Een kleine 150 mensen kwamen zaterdagmiddag in groepjes van dertig bij mij in huis, om te luisteren naar klezmermuziek door Marie Hoogendam en Riemer den Ouden. Zij zong, hij speelde piano en gitaar. Ze komen uit Zwolle en zijn ook buiten de muziek een stel. Hun mini-optreden was onderdeel van het festival Yiddish Waves.
Op het programma stonden steeds maar drie liedjes, want de groepen liepen langs allerlei plekken waar iets gebeurde.
,,Je gaat wel de hele middag hetzelfde horen'', excuseerde Hoogendam van te voren.
Dat was helemaal niet erg. Ze zong Papiroshn, een jammerklacht van een jongen die op straat sigaretten probeert te verkopen, Di Sapozkhkelekh, een liefdesliedje over laarsjes, als ik het goed heb onthouden, en nog een lied over dromen en herinneringen, waarvan ik de titel niet meer weet.
Het filmpje boven is gemaakt toen alle bezoekers nog moesten komen. Om een beetje warm te lopen leefde Den Ouden zich lekker uit op de piano, later speelde hij wat bescheidener.
Bij een van de groepen was een wat oudere dame, die op het krukje achterin was gaan zitten waar Schumi meestal op ligt. Ze vertrok als laatste van haar groep.
,,U bent de bewoner?'', vroeg ze. ,,U bent vast predikant.''
,,Hoe komt u daar nu bij?'', vroeg ik.
Ze had de boekenkast bekeken, vertelde ze, en daar ondermeer een boek van Herman Pleij zien staan. Er hangt bovendien een marionet aan, die ik een keer in een speelgoedwinkel in Tsjechiƫ heb gekocht, en die zij vanwege zijn zwarte pakje ook voor een soort predikant versleet. Dat op diezelfde plank ook boeken staan over Napoleon en Charles Lindbergh had haar niet op andere gedachten gebracht.
,,Verre van dat'', zei ik.
,,Jammer'', zei ze. ,,Anders hadden we met uw zegen de straat op gekund.''
,,Nou dat kan altijd'', zei ik. Ik spreidde mijn handen en zei plechtig: ,,Ik wens u een gezegende wandeling toe, vanmiddag. Ik ben weliswaar geen predikant, maar baat het niet, dan schaadt het niet.''
Met een tevreden gezicht liep ze de voordeur uit.