Zaterdag liep ik rondje Ameland en later op die zaterdag viel ik flauw in de pizzeria. Het een heeft vast met het ander te maken.
Ik vroeg me af of je over zoiets een column voor de krant kunt schrijven. Dat deed ik uiteindelijk wel, want alles is goed afgelopen en ik vond de gebeurtenis eerder gek en verbazend dan griezelig en zorgwekkend.
Daar denkt niet iedereen zo over, dat blijkt wel uit alle reacties met tips en troost.
Waar de een meldt dat het hem na het lopen van de Slachte ook is overkomen, vindt een ander dat ik niet ,,sokke libbensbedriigjende tochten'' meer moet ondernemen. ,,Foar alles is in tiid, ek op It Amelân'', meent ze.
Verschillende mensen koppelen het aan mijn leeftijd. Iemand haalt een wijsheid uit De Stelp aan, het bejaardentehuis in Hollum: Als ze beginnen te spinvoeten dan is er wat aan de hand: dat is het begin.
Gelukkig schrijft iemand anders: ,,Mijn opa zei altijd, oud worden is niet erg, maar oud zijn is geen flikker an. Dan krijg je van die dingen dus. Hij is 103 geworden, dus je hebt nog even.''
De dag na het rondje Ameland, toen ik met de hond van het strand terugkwam (want er waren geen blijvende effecten) trof ik Henk, die het rondje jarenlang heeft gelopen. Hij wist wat ik had moeten doen: voor de tocht twee aspirines, op het Oerd weer twee en ergens bij Ballum nog een keer. Dat is goed voor de doorbloeding en je hebt minder last van van alles. Zo had een topsporter hem dat vertelt, en hij doet het sindsdien zelf ook altijd.
Misschien moet ik dat onthouden voor een volgende keer. Aan de andere kant raadt Henk me ook steevast aan om net als hij die volle vijftig kilometer op klompen te lopen (hulsten, op zijn Amelands). Die raad, hoe goed bedoeld ook, heb ik nog nooit opgevolgd.
(De prachtige foto hierboven is, denk ik, van Wesley Akkerman)