Koninginnedag
Voor de Amelanders die er niet waren: een paar kiekjes van de optocht van Koninginnedag. Er waren een stuk of dertig wagens denk ik (ik heb ze niet echt geteld). Het is natuurlijk de leukste koninginnedagviering van Nederland, dat blijkt er wel uit dat de broers Anker er al zestien jaar achtereen komen. Ook nu.
Niet iedereen had het naar zijn zin op die wagens. Hier zat er eentje zo te huilen dat de tranen echt uit zijn gezicht sproeiden. ,,Oh, die Ballummer'', zei Jantheo toen ik hem deze foto liet zien.
Dit is Jaap, op een wagen waarop iedereen als een soort vuurtoren verkleed was, met een verwijzing naar FC Groningen, dat de komende tijd voor bepaalde wedstrijden door Ameland gesponsord wordt.
Hendricus IJ. zat op een wagen met allemaal zwemmers, dat wil zeggen, hij zat op een springplank, en onder hem werden steeds etalagepop-benen omhoog gestoken. Hendricus zat bij mij in de klas op de lagere school en onze hele klas kon niet zwemmen. We hebben wel gecollecteerd voor het zwembad, dat er pas later kwam. Ik kan nog steeds niet zwemmen, maar Hendricus waarschijnlijk wel, die is veel sportiever dan ik.
Vorig jaar was er een wagen die kippenveren sproeide, maar zo gek was het ditmaal niet. Er was wel iets met kuikentjes, die bescheiden confetti gooiden.
maandag 30 april 2007
donderdag 26 april 2007
Categorie klein nieuws
,,Doen die tuinlampen het nog'', vroeg pa laatst. Ik zei 'ja' maar ik had er eigenlijk de laatste tijd niet zo op gelet. Het zijn plastic tuinlampen met een kleine zonnecel bovenin: als de zon erop heeft geschenen gaan ze een tijdje aan in de schemer. Gisteravond zag ik het, toen ik thuiskwam: ze doen het nog steeds. Feeëriek, nietwaar?
dinsdag 24 april 2007
Klussende Chinees
Een ijverige internetter wees me op de site van een Haags onderhoudsbedrijf dat Walthaus heet, met een krachtige timmermanshand als logo. Ik kan naar alle eerlijkheid melden: ik ben het niet.
En als we dan toch met namen bezig zijn: het allereerste Chinese restaurant in de Verenigde Staten werd geopend in San Francisco, midden negentiende eeuw tijdens de gold rush. De eigenaar heette Norman Asing. Toen de gouverneur van Californie over een tsunami van Aziaten had geklaagd (hij gebruikte het woord tsunami niet) stuurde Asing een open brief naar de krant.
De leraar vroeger
Wybren gaf vandaag een gastles over sportjournalistiek aan mijn studenten op de school voor journalistiek. Hij had het grondig voorbereid en sportverslagen opgestuurd die ik tevoren had uitgedeeld om te lezen. ,,Dit is geschreven in het jaar dat ik geboren ben!'', riep een van de studenten.
Hij had ook een dvd mee met een samenvatting van een voetbalwedstrijd en kunstschaatsen, waar onmiddellijk een stukje van geschreven moest worden. ,,Toen ze schreven had ik de neiging om spiedend tussen hen te gaan lopen'', zei Wybren achteraf. ,,Net als leraren vroeger deden als je tentamen had. Wat had ik daar altijd een hekel aan.'' Een dag terug op school en het komt allemaal weer boven.
Wybren gaf vandaag een gastles over sportjournalistiek aan mijn studenten op de school voor journalistiek. Hij had het grondig voorbereid en sportverslagen opgestuurd die ik tevoren had uitgedeeld om te lezen. ,,Dit is geschreven in het jaar dat ik geboren ben!'', riep een van de studenten.
Hij had ook een dvd mee met een samenvatting van een voetbalwedstrijd en kunstschaatsen, waar onmiddellijk een stukje van geschreven moest worden. ,,Toen ze schreven had ik de neiging om spiedend tussen hen te gaan lopen'', zei Wybren achteraf. ,,Net als leraren vroeger deden als je tentamen had. Wat had ik daar altijd een hekel aan.'' Een dag terug op school en het komt allemaal weer boven.
zondag 22 april 2007
donderdag 19 april 2007
Meneer Grutjes
Dit is meneer Grutjes. Hij is 250 jaar oud en houdt niet van kinderen. ,,Ze moeten alle kinderen opsluiten en de sleutel in de sloot gooien'', is zijn opvatting.
Meneer Grutjes wordt gespeeld door Meije, in een toneelstuk van zijn school. Hij had daar een hoed voor nodig en ,,ouwemannenkleren''. Die zijn bij mij natuurlijk volop te vinden, veronderstelde zijn moeder Jantien fleurig.
De bolhoed was van pake, het jasje kocht ik ooit voor een rijksdaalder bij Emmaus, ook al voor een toneelstukje. En die stropdas, dat weet ik niet meer. Zou die van pa geweest zijn?
zaterdag 14 april 2007
Ich weiß ja nicht,
ob Ihnen so was
grad gefällt, doch:
es war das Schönste
es war das Schönste
es war das Schönste
auf der Welt
Ute Lemper is een fantastische zangeres, die gisteravond optrad in de Oosterpoort. Het was me niet helemaal duidelijk of je daar foto's mocht maken of niet, maar toen ergens rechts van ons - ik was er met collega Kirsten - iemand met zo'n klein cameraatje enorm flitste durfde ik ook wel.
Hoewel Ute Lemper uit Muenster komt, begon ze haar verhaal in het Engels. Tenslotte woont ze tegenwoordig in New York, bij alle andere hippe mensen.
,,Ik weet in Nederland nooit of ik Engels of Duits moet spreken'', zei ze. In Amsterdam had ze een dag eerder daarom maar Engels gesproken. Dat leek het publiek beter te verstaan.
In de Oosterpoort kwam er niet veel reactie op haar opmerkingem over taal, dus ik riep luid - en dat is heel luid - DEUTSCH! Dat hielp: verder deed ze het woord in het Duits. Ik bedacht te laat dat het netter was geweest om er bitte achteraan te roepen. Nu ja, dat doen Duitsers zelf ook niet altijd.
Marlene Dietrich zal ik nooit meemaken, die is er tenslotte al niet meer, maar Lemper is een goede tweede. Op deze foto kijkt ze zelfs als Dietrich.
Ze zong ondermeer een paar spottende liederen van Bertolt Brecht en Kurt Weill, deels met een jaren-twintig-Berlijn-bolhoedje op. Ik dacht met het kippevel op mijn armen, ik zeg mijn baan op en ga morgen een huis in Berlijn zoeken.
,,Dat had ik precies zo'', zei Kirsten achteraf.
ob Ihnen so was
grad gefällt, doch:
es war das Schönste
es war das Schönste
es war das Schönste
auf der Welt
Ute Lemper is een fantastische zangeres, die gisteravond optrad in de Oosterpoort. Het was me niet helemaal duidelijk of je daar foto's mocht maken of niet, maar toen ergens rechts van ons - ik was er met collega Kirsten - iemand met zo'n klein cameraatje enorm flitste durfde ik ook wel.
Hoewel Ute Lemper uit Muenster komt, begon ze haar verhaal in het Engels. Tenslotte woont ze tegenwoordig in New York, bij alle andere hippe mensen.
,,Ik weet in Nederland nooit of ik Engels of Duits moet spreken'', zei ze. In Amsterdam had ze een dag eerder daarom maar Engels gesproken. Dat leek het publiek beter te verstaan.
In de Oosterpoort kwam er niet veel reactie op haar opmerkingem over taal, dus ik riep luid - en dat is heel luid - DEUTSCH! Dat hielp: verder deed ze het woord in het Duits. Ik bedacht te laat dat het netter was geweest om er bitte achteraan te roepen. Nu ja, dat doen Duitsers zelf ook niet altijd.
Marlene Dietrich zal ik nooit meemaken, die is er tenslotte al niet meer, maar Lemper is een goede tweede. Op deze foto kijkt ze zelfs als Dietrich.
Ze zong ondermeer een paar spottende liederen van Bertolt Brecht en Kurt Weill, deels met een jaren-twintig-Berlijn-bolhoedje op. Ik dacht met het kippevel op mijn armen, ik zeg mijn baan op en ga morgen een huis in Berlijn zoeken.
,,Dat had ik precies zo'', zei Kirsten achteraf.
vrijdag 13 april 2007
25 x 50 is nu 10 x 30
Vroeger werd er bij de marine veel meer gedronken dan nu.
Dat vertelde Sjoerd, die bijna twintig jaar geleden als officier op een schip zat, en nu weer, na een lange tussenpoos met allerlei ander marinewerk. Aan boord van de Zeven Provinciën heeft hij een enorm kantoor, het enige aan boord met patrijspoorten, met een zitje en een grote foto van de koningin.
Sloeg hij in het verleden voor een week aan boord 25 vaten bier in van 50 liter, tegenwoordig zijn dat er 10 van 30 liter. Terwijl er nog steeds een dikke tweehonderd man (en vrouw) aan boord zijn.
Toen we met Sjoerd in een Helders restaurant op de dijk zaten, probeerden Joop, Jan en ik te bedenken waarom dat zo is. Want in het algemeen wordt er juist veel meer gedronken dan vroeger, daar raken de kranten maar niet over uitgeschreven.
Vrouwen aan boord is het niet volgens Sjoerd, want die had je toen ook al. Misschien dat de afschaffing van de dienstplicht er iets mee te maken heeft, gokken we. Mensen die destijds in dienst moesten, zitten nu in caravans kratten bier te legen.
We dronken zelf trouwens ook niet veel, in dat restaurant. We moesten nog autorijden.
dinsdag 10 april 2007
Hond & kat
Hoe druk het op Ameland ook was - de auto's pasten niet allemaal op de pier van Holwerd en stonden in de weilanden binnen de dijk geparkeerd - op het strand merkte je dat niet echt. Af en toe kwam je wandelaars tegen met een hond, zoals deze die als een bezetene achter een bal aanrende.
En bij mijn ouders woont deze kat, die Kevin heet en die klaaglijk miauwt als je zijn naam zegt. Hoe oud Kevin is weet ik niet, maar mijn ouders zeggen al jaren dat hij ,,nu wel echt oud begint te worden''.
Hoe druk het op Ameland ook was - de auto's pasten niet allemaal op de pier van Holwerd en stonden in de weilanden binnen de dijk geparkeerd - op het strand merkte je dat niet echt. Af en toe kwam je wandelaars tegen met een hond, zoals deze die als een bezetene achter een bal aanrende.
En bij mijn ouders woont deze kat, die Kevin heet en die klaaglijk miauwt als je zijn naam zegt. Hoe oud Kevin is weet ik niet, maar mijn ouders zeggen al jaren dat hij ,,nu wel echt oud begint te worden''.
maandag 9 april 2007
Vogelen
Sinds begin dit jaar is er een vogelkijkhut bij het Finnegatspad tussen Hollum en Ballum. Het lijkt een volkomen leeg gebouwtje in een ook vrijwel leeg landschap, maar binnen staren mensen zwijgend door schietgatvormige gleuven naar het riet. Sommigen hebben verrekijkers op statieven bij zich, anderen vogelgidsen.
Wat voor blije gevoelens het kijken naar vogels losmaakt blijkt uit het gastenboek, waarin in allerlei talen is opgeschreven dat dit het paradijs is. Een enkeling somt alle vogels op die hij hier heeft gezien.
Er zitten ook zwartkijkers tussen. Voorin het boek moppert iemand dat hij op de bankjes moet staan om wat te zien, omdat hij maar 1,65 meter is. Later herhalen mensen met kleine kinderen die klacht.
En helemaal aan het eind heeft een bezoeker boos geschreven dat hij dit een kut-vogelhut vindt, omdat er niemand is om mee van bil te gaan.
Uit Van Dale's woordenboek online:
vo·ge·len (onov.ww.)
1 [inf.] vrijen, geslachtsgemeenschap hebben
2 vogels kijken
Sinds begin dit jaar is er een vogelkijkhut bij het Finnegatspad tussen Hollum en Ballum. Het lijkt een volkomen leeg gebouwtje in een ook vrijwel leeg landschap, maar binnen staren mensen zwijgend door schietgatvormige gleuven naar het riet. Sommigen hebben verrekijkers op statieven bij zich, anderen vogelgidsen.
Wat voor blije gevoelens het kijken naar vogels losmaakt blijkt uit het gastenboek, waarin in allerlei talen is opgeschreven dat dit het paradijs is. Een enkeling somt alle vogels op die hij hier heeft gezien.
Er zitten ook zwartkijkers tussen. Voorin het boek moppert iemand dat hij op de bankjes moet staan om wat te zien, omdat hij maar 1,65 meter is. Later herhalen mensen met kleine kinderen die klacht.
En helemaal aan het eind heeft een bezoeker boos geschreven dat hij dit een kut-vogelhut vindt, omdat er niemand is om mee van bil te gaan.
Uit Van Dale's woordenboek online:
vo·ge·len (onov.ww.)
1 [inf.] vrijen, geslachtsgemeenschap hebben
2 vogels kijken
zaterdag 7 april 2007
Actiegroep
,,Zijn jullie een linkse actiegroep of zo?'', vroegen twee passerende meiden terwijl ik foto's nam van Jantien, die tape op volgens haar foute reclameposters plakte. Zo voert ze, met vermoedelijk veel andere Nederlanders, actie tegen gemanipuleerde foto's, die ons een verkeerd idee van schoonheid geven en tienermeisjes onzeker maken.
Omdat ik nog nooit eerder voor linkse actiegroep ben aangezien, vatte ik het als een compliment op. Jantien ging met de meiden in discussie, en daarna gingen we naar de volgende blootposter. De oogst daarvan valt in Leeuwarden trouwens wat tegen, er hangen meer posters voor reisbureau's dan voor ondergoed of anti-rimpelcreme.
Na afloop namen we er een biertje op. Jantien was helemaal uitbundig van het actievoeren. Ik vond het vermakelijk, maar weet niet of ik hier nu voor of tegen moet zijn. ,,In de zeventiende eeuw was je vermoedelijk het atelier van Rubens binnengedrongen'', bedacht ik. ,,En had je plakband over die mollige vrouwen geplakt, omdat die Vlaamse seksist ons een onrealistisch schoonheidsideaal opdringt en zo jonge, onzekere meisjes aanzet om te veel te eten.''
De foto's zijn mooi geworden vind ik zelf. Dat vonden ze bij de krant ook, daar staat vandaag de bovenste in, maar zonder vermelding van de maker. Misschien schamen ze zich voor ons, de linkse actiegroep.
vrijdag 6 april 2007
Forever young
Vanmorgen kreeg ik uit het niets een mailtje van Johan Huizing.
Toen ik op studentenflat Selwerd I woonde was hij mijn buurman. Ik geloof dat mijn kamernummer 726 was, en dat van Johan 728. Ik woonde er iets eerder: voor Johan zat er een blowende kerel op die kamer die gek is geworden.
Johan had minder boeken dan ik, maar wel verantwoorde: ik herinner me een band met gedichten van Goethe in het Duits. Hij dronk bier, maar veel minder dan de Tukkers die er woonden en op feestjes de lege flesjes de gang in keilden. Volgens mij had hij geen televisie. Zijn ouders woonden in Drachten, de favoriete muziek van zijn vader was het vioolconcert van Max Bruch.
Totdat ik die mail vanmorgen kreeg, wist ik niet dat ik die zaken had onthouden. Maar al die details lagen in mijn hoofd te sluimeren, klaar om bij het minste of geringste zo naar boven te komen. Bijna rook ik de stortkoker weer, en de lift met al die krassen op de deur.
Johan verging het net zo, mailde hij, want we begonnen dadelijk heen en weer te mailen. Hij woont in de Provence en is bedrijfsjurist, maar daar hebben we het amper over gehad. Wel over de doka die we vroeger hadden, en hij wist nog dat ik ooit een Ludlum heb geschreven, na een weddenschap met Menno dat ik dat wel zou kunnen.
Tussen de negatieven uit die tijd zat bovenstaande foto van Johan op zijn kamer. Ik sluit niet uit dat hij er nu anders uitziet. De foto hieronder van mezelf komt van hetzelfde rolletje en ik ben ook een beetje veranderd. Al zijn we er van binnen eigenlijk altijd zo uit blijven zien.
,,Ach, aankomende vijftigers'', zei collega Kirsten, die geduldig had aangehoord hoe ik vandaag opgetogen over vroeger praatte.
Vanmorgen kreeg ik uit het niets een mailtje van Johan Huizing.
Toen ik op studentenflat Selwerd I woonde was hij mijn buurman. Ik geloof dat mijn kamernummer 726 was, en dat van Johan 728. Ik woonde er iets eerder: voor Johan zat er een blowende kerel op die kamer die gek is geworden.
Johan had minder boeken dan ik, maar wel verantwoorde: ik herinner me een band met gedichten van Goethe in het Duits. Hij dronk bier, maar veel minder dan de Tukkers die er woonden en op feestjes de lege flesjes de gang in keilden. Volgens mij had hij geen televisie. Zijn ouders woonden in Drachten, de favoriete muziek van zijn vader was het vioolconcert van Max Bruch.
Totdat ik die mail vanmorgen kreeg, wist ik niet dat ik die zaken had onthouden. Maar al die details lagen in mijn hoofd te sluimeren, klaar om bij het minste of geringste zo naar boven te komen. Bijna rook ik de stortkoker weer, en de lift met al die krassen op de deur.
Johan verging het net zo, mailde hij, want we begonnen dadelijk heen en weer te mailen. Hij woont in de Provence en is bedrijfsjurist, maar daar hebben we het amper over gehad. Wel over de doka die we vroeger hadden, en hij wist nog dat ik ooit een Ludlum heb geschreven, na een weddenschap met Menno dat ik dat wel zou kunnen.
Tussen de negatieven uit die tijd zat bovenstaande foto van Johan op zijn kamer. Ik sluit niet uit dat hij er nu anders uitziet. De foto hieronder van mezelf komt van hetzelfde rolletje en ik ben ook een beetje veranderd. Al zijn we er van binnen eigenlijk altijd zo uit blijven zien.
,,Ach, aankomende vijftigers'', zei collega Kirsten, die geduldig had aangehoord hoe ik vandaag opgetogen over vroeger praatte.
donderdag 5 april 2007
Oplossingen
Rik stuurde me de foto van de steen terug, maar dan negatief gemaakt en met de ingekraste tekst nagetekend met digitale viltstift. Ik weet niet wat hij hierin leest, het lijkt nog het meest op U, jumon of juncon, 1878.
Dat jaartal klopt niet, er staat wel vrij duidelijk 1838. En jumon?
Dit is zo net een prijsvraag, maar dan wel een waarvan ik het goede antwoord ook niet weet.
Nog eentje
Cor van der Laag mailde, dat ik eens bij de buren moet kijken of daar niet een steen in de muur zit met senior erop. Want dan staat hier junior, denkt hij.
Rik stuurde me de foto van de steen terug, maar dan negatief gemaakt en met de ingekraste tekst nagetekend met digitale viltstift. Ik weet niet wat hij hierin leest, het lijkt nog het meest op U, jumon of juncon, 1878.
Dat jaartal klopt niet, er staat wel vrij duidelijk 1838. En jumon?
Dit is zo net een prijsvraag, maar dan wel een waarvan ik het goede antwoord ook niet weet.
Nog eentje
Cor van der Laag mailde, dat ik eens bij de buren moet kijken of daar niet een steen in de muur zit met senior erop. Want dan staat hier junior, denkt hij.
woensdag 4 april 2007
Oog voor detail
Leo van der Laan belde, de man van de monumentenzorg.
,,Ik heb een verrassing voor je'', begon hij mysterieus. Of ik een telefoon had waarmee ik door mijn huis kon lopen. Daarmee moest ik naar buiten lopen, en rechts van de voordeur kijken.
,,Naar de bakstenen van je muur. Bijna helemaal onderaan'', zei Leo.
Ik zag niks, gewoon stenen. Bedoelde hij misschien dat de voorgevel opnieuw gevoegd zou moeten worden?
,,Bijna helemaal beneden zit een steen met inscriptie'', zei Leo. ,,Daar heeft iemand zijn naam ingeschreven en een jaartal, volgens mij staat er G Simon 1838 of 1832.''
Nu zag ik het ineens. Een echte historische ontdekking! Een soort eerste steen, maar dan minder officieel.
Het was me nog nooit opgevallen. Niemand eigenlijk - zelfs niet toen de boel open huis was op monumentendag. Terwijl de bezoekers destijds grondig rondsnuffelden.
,,Ik wandelde er met Marieke langs en toen zag ik het'', zei Leo. Marieke (van Zanten) is ook niet de eerste de beste, die was op tv in dat restauratieprogramma van de Avro. Knappe koppen dus, met een scherpe blik. Ze hebben al een stuk of twintig van zulke stenen gevonden.
Helemaal zeker dat hier G Simon staat zijn ze overigens niet. Die G kan ook een O zijn. De S van Simon is onduidelijk. En de M in het midden kan, als dat gat in de steen onderdeel van de letter is, ook een T zijn, gevolgd door een I.
Ik heb de foto hier zwartwit gemaakt, dan is het duidelijker. Iemand?
Leo van der Laan belde, de man van de monumentenzorg.
,,Ik heb een verrassing voor je'', begon hij mysterieus. Of ik een telefoon had waarmee ik door mijn huis kon lopen. Daarmee moest ik naar buiten lopen, en rechts van de voordeur kijken.
,,Naar de bakstenen van je muur. Bijna helemaal onderaan'', zei Leo.
Ik zag niks, gewoon stenen. Bedoelde hij misschien dat de voorgevel opnieuw gevoegd zou moeten worden?
,,Bijna helemaal beneden zit een steen met inscriptie'', zei Leo. ,,Daar heeft iemand zijn naam ingeschreven en een jaartal, volgens mij staat er G Simon 1838 of 1832.''
Nu zag ik het ineens. Een echte historische ontdekking! Een soort eerste steen, maar dan minder officieel.
Het was me nog nooit opgevallen. Niemand eigenlijk - zelfs niet toen de boel open huis was op monumentendag. Terwijl de bezoekers destijds grondig rondsnuffelden.
,,Ik wandelde er met Marieke langs en toen zag ik het'', zei Leo. Marieke (van Zanten) is ook niet de eerste de beste, die was op tv in dat restauratieprogramma van de Avro. Knappe koppen dus, met een scherpe blik. Ze hebben al een stuk of twintig van zulke stenen gevonden.
Helemaal zeker dat hier G Simon staat zijn ze overigens niet. Die G kan ook een O zijn. De S van Simon is onduidelijk. En de M in het midden kan, als dat gat in de steen onderdeel van de letter is, ook een T zijn, gevolgd door een I.
Ik heb de foto hier zwartwit gemaakt, dan is het duidelijker. Iemand?
zondag 1 april 2007
Mijn grote avontuur
Vannacht zou ik slapen in de grote houten ton die sinds gisteren voor boekhandel Van der Velde staat. Overdag zit filosoof Eric Hoekstra daar in op een verschoten vloerkleed, in het kader van de maand van de filosofie. Hij houdt wijsgerige gesprekken met wie dat maar wil.
Omdat hij er toch niet in slaapt, had ik gevraagd of ik daar dan een keer mocht overnachten. Liefst op zaterdag, want dan is er het meeste kabaal op de Nieuwestad. Ik heb ook wel eens op de achterbank van mijn peugeot 205 geslapen, dan lukt zo'n wijnvat ook. Ik kreeg de reservesleutel: 's nachts zit er een hangslot op het deurtje.
Zojuist liep ik met slaapzak en kussen naar de Nieuwestad, waar het lekker druk was met uitgaanspubliek. Voor Noa (vroeger het Vat) stond een rij.
Maar het wijnvat kwam ik niet in. Het deurtje was naar binnen getrapt, het zat als het ware klem in zijn eigen sponning, een van de hengsels was afgeknapt en het lipje met het hangslot hing er los bij. Het hangslot zelf was het enige dat nog vast zat, zeg maar.
Na een paar vergeefse pogingen om achter het telefoonnummer van Eric Hoekstra te komen hield ik twee passerende agenten staande. Ik wees hen op het kapotte deurtje.
,,Wat is dit voor ton, dan?'', wilde de agent weten.
,,Daar zit overdag een filosoof in om antwoord te geven op levensvragen'', legde ik uit. ,,En deze nacht zou ik erin slapen.''
,,Oh net als die oude Griek'', zei de agent, die het verder niet vreemd leek te vinden.
,,Diogenes'', zei ik.
,,We zullen het een beetje in de gaten houden'', beloofde de agent, die het ook meteen door een in zijn jasje verstopte walkietalkie doorgaf aan iemand.
,,Een ton voor de boekhandel Van der Velde waar overdag een filosoof in zit'', hoorde ik hem zeggen. ,,Die geeft antwoord op levensvragen. Maar niet die van jou denk ik.''
Vannacht zou ik slapen in de grote houten ton die sinds gisteren voor boekhandel Van der Velde staat. Overdag zit filosoof Eric Hoekstra daar in op een verschoten vloerkleed, in het kader van de maand van de filosofie. Hij houdt wijsgerige gesprekken met wie dat maar wil.
Omdat hij er toch niet in slaapt, had ik gevraagd of ik daar dan een keer mocht overnachten. Liefst op zaterdag, want dan is er het meeste kabaal op de Nieuwestad. Ik heb ook wel eens op de achterbank van mijn peugeot 205 geslapen, dan lukt zo'n wijnvat ook. Ik kreeg de reservesleutel: 's nachts zit er een hangslot op het deurtje.
Zojuist liep ik met slaapzak en kussen naar de Nieuwestad, waar het lekker druk was met uitgaanspubliek. Voor Noa (vroeger het Vat) stond een rij.
Maar het wijnvat kwam ik niet in. Het deurtje was naar binnen getrapt, het zat als het ware klem in zijn eigen sponning, een van de hengsels was afgeknapt en het lipje met het hangslot hing er los bij. Het hangslot zelf was het enige dat nog vast zat, zeg maar.
Na een paar vergeefse pogingen om achter het telefoonnummer van Eric Hoekstra te komen hield ik twee passerende agenten staande. Ik wees hen op het kapotte deurtje.
,,Wat is dit voor ton, dan?'', wilde de agent weten.
,,Daar zit overdag een filosoof in om antwoord te geven op levensvragen'', legde ik uit. ,,En deze nacht zou ik erin slapen.''
,,Oh net als die oude Griek'', zei de agent, die het verder niet vreemd leek te vinden.
,,Diogenes'', zei ik.
,,We zullen het een beetje in de gaten houden'', beloofde de agent, die het ook meteen door een in zijn jasje verstopte walkietalkie doorgaf aan iemand.
,,Een ton voor de boekhandel Van der Velde waar overdag een filosoof in zit'', hoorde ik hem zeggen. ,,Die geeft antwoord op levensvragen. Maar niet die van jou denk ik.''
Abonneren op:
Posts (Atom)