maandag 5 oktober 2009

Huizen





Als je de wekker uitslaat en daarna in bed blijft liggen, droom je heel levendig. Ik althans. Vanmorgen zelfs zo, dat ik het niet helemaal kwijt raak.

In een vliegtuig, ingericht als een huiskamer, zitten we te praten. Ik vertel een rare anekdote over een huis, en middenin mijn verhaal zie ik dat er niemand meer is.

Uit het raam - veel groter dan een vliegtuigraampje - zie ik dat we over een stad vliegen, die eruit ziet als een witte maquette in de schemer. Er staat een enorm koepelgebouw in, dat me later, als ik al lang wakker ben, aan het ontwerp van Albert Speer voor Welthauptstad Germania doet denken. Maar er staan ook witte flats, als rechtop gezette schoenendozen.

We vliegen in elk geval veel te laag, ik zie de schaduw van de vleugels, we scheren er vlak over en het is de bedoeling dat iedereen zich verstopt in een bijruimte, liefst onder de tafels.



Dan lopen we over een pad langs een bebost weiland. Waling is erbij. Er schuifelt een herdershond het pad op met een blauwe strook op zijn rug, die wel plastic lijkt.

Geheimzinnig, vond ik zelf. Ik heb er bovenstaande plaatjes van gemaakt. Het is een benadering, het zag er in mijn droom anders uit, maar helaas kun je in dromen je fototoestel nooit bij je hebben.