donderdag 29 februari 2024

Où est Leeuwarden?


Jaap van Zweden en ik waren deze week allebei voor het eerst in Dresden. 

Van mezelf wist ik het, van Jaap van Zweden werd het verteld vooraf aan het concert in het Kulturpalast, waar hij als chefdirigent met 'zijn' Hong Kong Philharmonic Orchestra optrad. ,,Das ist der erste Auftritt des herrn Van Zwedens hier in Dresden'', vertelde de gastheer en de zaal applaudisseerde. 

Na een kort, filmisch nieuw stuk (Asterismal Dance van Daniel Lo Ting-cheung) volgden het vierde pianoconcert van Beethoven en de negende symfonie van Sjostakovitsj, alles heel strak en precies gespeeld. 

Vooral de pianist, Alexandre Kantorow, maakte indruk, maar dat doet hij overal, al jaren. Hij kreeg een lang applaus en speelde nog een stuk van Brahms als toegift.

Na afloop stond hij in de hal achter een tafeltje te signeren. Heel druk was het daar niet, dus complimenteerde ik hem in mijn beste Frans en vroeg wanneer hij naar les Pays-Bas komt. ,,Al snel'', zei hij. ,,Ik kom met dit orkest naar Rotterdam, en volgend jaar naar het Concertgebouw in Amsterdam.'' (Dat van Rotterdam, las ik later, is zondag 3 maart al).

,,En Leeuwarden dan?'', vroeg ik.

,,Waar is dat?'' vroeg hij. 

,,Helemaal in het Noorden van Nederland'', zei ik. En om het aantrekkelijker te maken voegde ik toe: ,,Emanuel Ax en Arcadi Volodos hebben er ook gespeeld.''

Dat leek zijn belangstelling te wekken. ,,Vraiment?'', vroeg hij. 

Het zaadje is geplant, wil ik maar zeggen. Jaap van Zweden kwam ik in de foyer niet tegen.

(De foto is gemaakt door Christien)


maandag 26 februari 2024



Had ik nog, een filmpje vanuit de stadsbus (dubbeldekker) in Berlijn,  op 23 februari. 

vrijdag 23 februari 2024

Durchhalten und weiterarbeiten


Als je de StaBi in Berlijn binnenloopt, de StaatsBibliothek zu Berlin, en de imposante trap naar allerlei wijsheid rechts passeert, kom je bij een sjieke tentoonstelling van hoogtepunten uit de bibliotheek, in een paar verduisterde ruimtes achter elkaar. Het handjevol mensen dat hier is loopt zwijgend, of hooguit fluisterend rond.

Al in 1661 begon de toenmalige keurvorst met verzamelen, dat was de basis voor deze bibliotheek, dus ze hebben van alles. Hier liggen in vitrines tere Japanse prenten, een vroege druk van Kinder- und Hausmärchen van de gebroeders Grimm, afbeeldingen van plantjes uit Zuid-Amerika op basis van de enorme verzameling spullen die Von Humboldt meebracht, propagandamateriaal uit beide wereldoorlogen, bladen uit de Johannespassie van Bach, een afgietsel van de handen en het hoofd van dirigent Hans von Bülow, zelfs het dirigeerstokje van Claudio Abbado hangt er, dat volgens het bijschrift van ivoor en kurk is.


In een vitrine ligt Vorlesungen über Thermodynamik uit 1897 van Max Planck, ver voordat hij als grondlegger van de quantumechanica, Nobelprijswinnaar bekend zou worden, en als naamgever van indrukwekkende wetenschappelijke instituten. 

Planck was al een oude, maar dus beroemde, man toen de nazis aan de macht kwamen. Een nazi was hij niet, maar hij nam ook niet, zoals veel Joodse collega's, de benen. Durchhalten und weiterarbeiten was zijn motto. 

Anders was het met zijn zoon Erwin, die zich bij het verzet binnen Duitsland had aangesloten en betrokken was bij de mislukte aanslag op Hitler in 1944. Erwin Planck werd gearresteerd.

Zijn vader, inmiddels ver in de tachtig, schreef brieven aan Hitler en Himmler en gooide alles in de strijd om de doodstraf voor zijn zoon in elk geval omgezet te krijgen in een gevangenisstraf. Het hielp niet: Erwin Planck werd opgehangen. 



Het briefje waarin een adjudant namens Himmler laat weten dat genade er niet in zit ligt hier ook, naast een gedicht dat Dietrich Bonhoeffer in de gevangenis scheef. 

donderdag 22 februari 2024

Gegen die Wand; Unsterblichkeit



Franz Diener was een Duitse zwaargewicht-bokser, bijnaam Die Deutsche Eiche. Ik zou nooit van hem gehoord hebben als hij in de jaren vijftig niet van Oost-Berlijn naar het Westen zou zijn gevlucht en in West-Berlijn een café zou zijn begonnen, dat vroeger bij een rijstal (Tattersall - zo heet dat, naar een Engelsman uit de achttiende eeuw) had gehoord. 

Eerst kwamen er vooral andere boksers, maar ook snel Duitse acteurs en filmsterren. Vandaar dat Diener Tattersall tot an het plafon volhangt met acteursportretten, tot aan het plafond. 

Het is vlakbij mijn hotel in Berlijn en je kunt er eten, dus ik ging er maandag heen. Het is niet groot, twee aaneengesloten ruimtes met tafels, die allemaal vol zaten. 

,,Haben sie reserviert?'', vroeg de Innhaber. Nee, dat had ik niet. Hij wees me naar een ronde tafel in de hoek, waar al drie mensen zaten: daar kon ik wel aanschuiven.

Om me van mijn beste kant te laten zien, gaf ik ze alledrie een hand voor ik ging zitten, een oudere, verzorgde heer die af en toe verschrikkelijk moest hoesten, een vrouw die bij hem leek te horen en een man met een kaal hoofd en een montuur met ronde glazen. Ze reageerden wat verbaasd. ,,Ik kom uit Nederland'', zei ik als excuus. ,,Ik weet niet hoe het hoort bij het aanschuiven aan een tafel.''

,,Waar uit Nederland?'', wilde de man met de bril weten. ,,Ik woon in Leeuwarden'', zei ik en om het interessanter te laten klinken voegde ik toe: ,,Maar ik ben opgegroeid op een van de eilanden.'' Ah! Welk eiland, wilde de man weten, hij was wel eens op Schiermonnikoog geweest, maar kon dat niet uitspreken. 

Hij kende Nederland goed, hij was operacomponist en heeft in Amsterdam gewoond. Ik had zijn naam niet verstaan. Misschien was het Detlev Glanert, dacht ik achteraf, maar dan heeft hij een andere bril dan op alle foto's die er van hem zijn op internet - ik twijfel.

,,Bent u acteur?'', vroeg de oude heer me. Zelf was hij dat wel, en hij was al 88. ,,Dus je hebt twee keer je vrouw begraven?'', hoorde ik de vrouw hem vragen. Ja, dat had hij. ,,Toch niet in hetzelfde graf?'', ging ze door. Nee dat niet. ,,En woon je nu helemaal alleen in dat grote huis?'' Ja, dat woonde hij en hij vond het heerlijk. 

Op een foto vlakbij ons stond Harry Belafonte. Naast hem een andere man. ,,Dat is Norbert Schulze junior'', zei de oude acteur. ,,De zoon van Norbert Schulze senior, die Lili Marleen heeft geschreven.''

,,Wat moet je doen om hier te mogen hangen?'', vroeg ik de operacomponist. ,,Vermoedelijk dood zijn'', grinnikte hij. 

Maar dat klopte niet, want de oude acteur hing hier ook, hij wees me de foto aan, helemaal bovenaan, een jonge man met een baardje die totaal niet op hem leek. 

,,Het was een hele eer toen me gevraagd werd een foto van mezelf mee te nemen'', zei hij. ,,Maar toen was Diener er al niet meer. Toen waren twee mannen hier de baas, Lilo en Rolf. Daar hebben we mooie tijden mee beleefd, soms ging het hier door tot 's morgens vroeg.''

(Toen ik vertrok, maakte ik een foto van de acteur en de dame. De operacomponist was toen al weg. Norbert Schulze junior hangt pal links van de dame.)

vrijdag 9 februari 2024

Even uit de vergetelheid tevoorschijn 

Maandag is oud-minister Dries van Agt overleden, de man die bijbleef vanwege zijn statige taalgebruik. 

Ik kan me een tv-reportage herinneren waarin hij vogels voert en een gans hem in de vinger bijt. Meteen reageerde hij met een zin die begon met ,,Kom ik hier om deze onnozele dieren een bete broods te brengen...'' De rest weet ik niet meer, maar zo is het al prachtig, als ik eendjes voer denk ik altijd aan die bete broods.

Een keer heb ik hem gesproken, toen hij in 2015 te gast was bij NHL Stenden, samen met Hans Wiegel. Na afloop signeerde hij er een boek en daarna had hij wel even tijd voor me. 

Het leverde onderstaande column op, die op de ranglijst heeft gestaan voor het boekje columns, maar een meedenkende lezer ried het af. ,,Niemand weet meer wie Van Agt is'', was de redenering en misschien klopt dat. Maar voor wie dat nog wel weet: 


Overigens had ik hem eerder ook al eens in een column genoemd, over protestliederen en dat die eigenlijk niet meer gemaakt worden, want we hebben nu sociale media. Destijds was er wel eentje over Van Agt, die zelfs op de radio gedraaid werd. 

Dat liedje had er vooral te maken dat Van Agt en een groep procureurs-generaal midden jaren zeventig ingrepen tegen de vertoning van pornofilm Deep Throat in reguliere bioscopen. In seksbioscopen was die al te zien, ook (zie hiernaast) in de lektuurhal in Leeuwarden, de advertentie is uit 1976.

Maar de film was zo hip geworden dat hij ook in de gewone bios draaide. In Maastricht en Amsterdam werd hij in beslag genomen, onder de nieuwe regel dat deze films niet vertoond mochten worden in bioscopen met vijftig stoelen of meer. Dan bleef het beperkt tot seksbioscoopjes, of zoals Van Agt het omschreef: ,,kleine besmuikte instituten.''

Daar was even veel drukte over, want dit zedenmeestersgedrag stond lijnrecht tegenover de afschaffing van de filmkeuring, die op dat moment ook gebeurde. Bovendien, zo oordeelde de rechtbank in Amsterdam in 1977, zijn er geen duidelijke maatstaven voor wat aanstootgevend is voor de openbare eerbaarheid. 

Daar was niet iedereen het mee eens. Nog in 1981 werd in Sneek een 29-jarige lerares aangehouden, die met een paar anderen met spuitbussen leuzen op bioscoop Amicitia leuzen had gespoten tegen Deep Throat, die daar als nachtfilm draaide. Ze had ook een ketting met hangslot in de tas, waarmee ze de deur had willen afsluiten. Zou ze nog leven?

In de Leeuwarder Courant schreef hoofdredacteur Eddy Evenhuis: 'Er zijn redenen om de film Deep Throat een onsmakelijk, mal produkt te vinden en veel mensen met normale reacties zullen er eerder verveeld dan opgewonden door worden. Maar dat is het punt niet. Het gaat erom dat in ons land nog altijd autoriteiten fungeren, die menen dat andere volwassenen daar niet zelf over mogen en kunnen oordelen. (…) Het gaat in feite helemaal niet om pornofilms en pornografie.'

Die bui woei over, in de jaren tachtig en negentig verdwenen pornofilms naar de videotheek. We vertellen het hier maar even, want alle overzichten van dingen rondom Van Agt gaan alleen maar over nazi's en Molukkers.

donderdag 8 februari 2024

 De eenzame elektrische fietser



Baukje, een van de bezoekers van de boekpresentatie in Het Graauwe Paard, was op de fiets gekomen, vanuit Leeuwarden. ,,Wel elektrisch hoor'', relativeerde ze. Maar toch: de wegen van Het Bildt (tegenwoordig gemeente Waadhoeke) zijn duister en kronkelig, straatlantaarns vinden ze daar een teken van zwakte.

Auke van het Graauwe Paard zette ons in een achterzaal die ik zo mooi vond dat hij me de rest van het bedrijf ook meteen maar liet zien. De eetzaal/het café, daar was ik wel eens geweest, maar achterin is ook een grote toneelzaal, met podium, bar en al, om je vingers bij af te likken. ,,Het is een van de weinige in Friesland die er nog zijn'', wist kenner Ekko me later te vertellen. ,,En ook nog op de begane grond, vaak zijn ze op een bovenverdieping.''

Bij de bezoekers was een Friestalige mevrouw die toch heel goed in het niet-Friestalige Bildt had kunnen aarden, ze had er in het onderwijs gewerkt, Sabine was er, die een tijdlang met ons gezwommen heeft in de Prinsentuin en Sjoerd was mee, die toevallig die dag bij me op bezoek was. 

En voorstelde om daar dan ook meteen maar te blijven eten, samen met Rienk, de zoon van uitgever Louw, die zijn vader die dag verving. ,,Ik bin net sa'n lêzer'', had Rienk me al verteld. Zijn vader vertelde me later dat hij toch in het boekje met columns was begonnen. Nu maar hopen dat hij het einde heeft gehaald.


Er is veel vroeger in Café Bergsma


In een paar cafés bij de boekpresentatie (Marktzicht, natuurlijk) las ik de column voor die ik in oktober had geschreven over Drachten. Raadsleden en ambtenaren hadden daar in 1988 - ik werkte er destijds - een zwartboek samengesteld van 1,5 centimeter dik, van de wandaden die ze van burgemeester Bert Smallenbroek hadden meegemaakt. De burgemeester vond het allemaal maar roddels. 

Het geschrift kreeg de bijnaam 'Bruinboek', omdat het een bruin kaft zou hebben. Dat weet ik niet zeker, want ik heb het nooit gezien al heb ik daar wel alle moeite voor gedaan destijds. De column van oktober ging over mijn laatste poging. Want ik ben er nieuwsgierig naar gebleven, daarom stuurde ik nu nog, zoveel jaar later, een mail naar het gemeente-archief van Smallingerland. Helaas: het blijft nog tot 2040 achter slot en grendel.

Die column las ik ook voor in café Bergsma. Een van de bezoekers zei na afloop: ,,Ik heb het wel gelezen hoor.'' Ik had hem niet herkend, maar het was Jan, die indertijd bij de afdeling voorlichting van de gemeente werkte. Na afloop hadden we het er nog even over. ,,Wat stond er dan in?'', vroeg ik. ,,Van alles'', zei hij vaag maar trad niet in detail. 


Bij Bergsma, dat toch al de sfeer van vroeger ademt, kreeg ik wel andere dingen uit het verleden. Durk Pietersma en zijn man uit Leeuwarden - ik was een keer bij ze op bezoek om over afwaaiende hoeden te praten en wat je ertegen kunt doen - schonken me een afbeelding van de Oldehove, van Abe Gerlsma.


En Riemke van Keimpema uit Joure - bij haar was ik een keer vanwege haar verzameling Mens-Erger-Je-Niet-spellen - had een map meegebracht met ondermeer kopieën van foto's van het Kooihûs bij Nes op Ameland. Dat was vroeger een pension, van mijn pake. En die was weer de broer van haar pake. 

Met deze boekentoernee langs mooie cafés had ik best door willen gaan, uitgever Louw ook wel zei hij. Maar Bergsma was de laatste stop, het moet ook een keer ophouden. Maar misschien, áls er een tweede druk komt...