dinsdag 26 februari 2013

Dit machtige weblog



Op dit weblog had ik er al een paar keer over gezeurd dat het filmhuis, nu het naar het Fries Museum op het Wilhelminaplein verhuist, een zaal naar George Slieker zou moeten noemen.

Hij was de eerste Nederlander die tegen betaling films voor publiek ging vertonen. Op zijn graf in Drachten staat dan ook: Eerste bioscoopondernemer van Nederland. Hij kwam uit Leeuwarden, zijn vrouw uit Akkrum.

Gisteren kreeg ik te horen dat ze meer dan dat gaan doen: ze noemen het hele filmhuis Slieker. Volgende week is het logo klaar. ,,Dat komt ook van jouw weblog", vleide voorzitter Jacqueline Schrijver.

 Nou: mooi zo. En: niks te laat. In Leeuwarden heet niks naar Slieker, ook al is hij er geboren en stond hij hier, op het Wilheminaplein, voor het eerst met zijn bioscooptent.

Terwijl in Utrecht een herdenkingsbord hangt en in Amsterdam zelfs een kade op een van die nieuwbouwschiereilanden in het IJ naar hem is genoemd.


Toen ik voor het boekje dat ik met Harm Nijboer over Slieker schreef bij zijn zoon (of was het de kleinzoon?) in Assen langsging, kreeg ik bovenstaand filmpje mee, waar de oude Slieker op te zien is. Het is nu bij het Fries Film Archief. Die man met die walrussnor, die is het.

zaterdag 23 februari 2013

De zwarte hond en de Zwaan



Deze week zette Willem bovenstaande foto op een nostalgische Facebookpagina vol oude Amelandfoto's. Het is Hotel De Zwaan, natuurlijk, en volgens de inzender van de foto is hij gemaakt op 28 mei 1928.

Dit is oons huus voordat wij er woonden. En het is een mooie foto, juist omdat hij niet helemaal gelukt is. Er staat meer straat op dan gebouw - ik heb het onderste stuk eraf geknipt.

Dat zag je vroeger vaker op kiekjes: bij sommige amateurfotografen mocht je van geluk spreken als het hoofd van de gefotografeerde erop stond. In deze tijd van schermpjes in plaats van zoekers is dat niet meer zo, daar moeten ze digitale Instagram-truukjes uithalen om foto's zo'n bijzondere sfeer te geven als deze.

Voor De Zwaan staan nog hekjes, in plaats van de terrasmuurtjes die er later zouden komen. En de bomen staan er nog voor. Begin jaren zestig zijn die gekapt, toen wij er al woonden. Ik heb in het hoofd dat het er vier waren, twee aan elke kant, maar zo te zien waren het er drie. Ze moesten weg omdat de hotelkamers altijd schemerig waren en de wortels onder de muur door probeerden te groeien.

Ik heb de foto ook een beetje donkerder gemaakt, zodat die hond, waar iedereen naar lijkt te kijken, wat meer opvalt. Hij heeft iets spookachtigs. Wat is er met die hond? Heeft de fotograaf gewacht tot het beest daar stond of liep hij toevallig door het beeld? Wat doen die acht mensen? Waarom zijn ze zo zondags gekleed?

Op 28 mei 1928, een redelijk zonnige maandag met temperaturen tussen de 14 en 18 graden, was er in Hollum niks bijzonders aan de hand - althans niet iets dat de krant heeft gehaald. Dit is waarschijnlijk (suggereert Anne de Jong op facebook) een groepje toeristen die vanuit Nes naar Hollum zijn gefietst, in hun nette goed en met de bagage onder de snelbinder. Er zijn vijf fietsen en de vijfde, die daar tegen het hek is gezet, zal die van de fotograaf zijn geweest.

Misschien gingen ze na het maken van de foto iets gebruiken in de Zwaan, die zo te zien open was. Je kunt het niemand meer vragen, want waarschijnlijk zijn zelfs die twee jongetjes die nieuwsgierig toe staan te kijken al dood. Ironisch eigenlijk: zo'n foto is destijds als herinnering gemaakt en niemand herinnert zich hem meer.

(Naschrift: Ik word er, met een foto als bewijs, op attent gemaakt dat er vroeger echt vier bomen voor De Zwaan stonden. Mijn herinnering klopt dus, gelukkig)

vrijdag 22 februari 2013

Zo wordt het



Aanvankelijk leek het erop dat ik een stukje zou gaan maken met Oscarvoorspellingen, maar uiteindelijk delfde dat het onderspit voor andere dingen.

Op een envelop van ING had ik alvast wel een schema gemaakt, om mijn gedachten te ordenen. Hier staat de uitslag van zondagnacht dus in verborgen.


maandag 18 februari 2013

Stop de persen: Man Laat Dodelijke Winden

Foto LC/Niels Westra
Naar het Spreekbeurtenfestival in de Haniahof had ik mijn schriftjes meegebracht.

Dat zijn er twee, die ik globaal van 1989 tot 2001 heb bijgehouden, de jaren negentig dus ongeveer. Ik plakte er korte berichten in omdat ze zo absurd, of zo wreed, of anderszins bizar waren. Als middelbare scholier was ik daar ook al eens mee bezig geweest, maar dat was na een maandje weer gestopt. Nu hield ik het langer vol. Ze kwamen uit serieuze kranten, daarin werd (en wordt) het niet zo sensationeel opgeschreven, omdat het onderwerp op zich al raar genoeg is.

 

Foto's zitten er ook in. Openbaar gemaakte opnamen van het gebit van Hitler, orang-oetans op de operatietafel, honderdjarigen, mensen die zich vrijwillig aan het kruis laten slaan, een kaart van Cambodja, gemaakt van mensenschedels, een Mexicaans dwergenorkest, een meisje dat bij het liften beide handen is kwijtgeraakt. Aandachttrekkende zaken dus, zoals bovenstaande van Ranko Cukovic uit de Volkskrant van 15 januari 1994. Het bijschrift meldt:

Een soldaat probeert drie mensenhoofden in een kistje te krijgen. Volgens Servische strijders werd deze foto aangetroffen in de camera van een dode Moslimsoldaat. Wie van de drie strijdende partijen in Bosnië de gruwelen beging, is niet bekend.

Die foto's had ik gescand als complete pagina's uit het schriftje, zodat er tijdens mijn spreekbeurt wat te bekijken was en je kon zien dat het om echte vergeelde knipsels gaat.


Foto LC/Niels Westra
 Uit de berichten las ik een selectie voor, aan een publiek dat hopelijk geboeid was door deze gedrukte freakshow en dat in elk geval een uur bleef zitten luisteren en kijken.

Ze konden ook verzoekjes doen, op basis van koppen die ik voorlas. Verdachte slikt balpennen in was er zo een. Geen cola, dan maar de kogel een andere. Een derde: Man laat dodelijke winden.

,,Heeft dat echt zo in de krant gestaan?'', riepen de luisteraars dan verbaasd. Want tegenwoordig verwacht je die dingen natuurlijk vooral op internet.

Na afloop vroeg een bezoekster of ik mijn therapeut wel had verteld dat ik deze dingen een tijdlang heb uitgeknipt. Ik kon haar naar waarheid 'Nee' antwoorden, want ik heb helemaal geen therapeut. Ik heb mijn schriftjes immers.

 (De foto's zijn van Leeuwarder Courant-collega Niels Westra)

vrijdag 15 februari 2013

Geest in de bioscoop

Onlangs liep ik met Jacqueline Schrijver van Film in Friesland door de nieuwe filmhuiszalen in het Fries Museum, die nog naar meubelwinkel ruiken. Reusachtig zijn ze niet, kleurrijk wel: een is rozerood, een is groen, een is blauw. Namen hebben de zalen niet, maar ik mag hopen dat er tenminste eentje naar Slieker genoemd wordt. In de groene maakte Jacob van Essen deze foto van me, omdat mijn jas er goed bij kleurt.

maandag 11 februari 2013

Hi, Google guy!

Op 22 oktober vorig jaar - Jan zijn verjaardag - liepen we de Grand Canyon uit, na twee overnachtingen in de Phantom Ranch, min of meer naast de Coloradorivier. Dat het daar onaards mooi is weet iedereen.

Onderweg naar omhoog kwamen we twee mannen tegen met sciencefictionachtige dingen op hun rugzak. Ze waren student, vertelden ze, en ze liepen hier omlaag om de canyon te fotograferen voor Street View. Dat zijn de betere baantjes.
Een eindje achter hun aan volgde een derde, die ik niet op de foto heb gezet. Die had niet zo'n camera, maar wel een cool zwart Google-T-shirt.

,,U bent zeker de opzichter", zei ik.

,,I just carry the batteries'', vertelde hij.

Ik was de mannen alweer vergeten, maar sinds eind vorige week zijn de foto's van de googelaars ook werkelijk op Street View te zien.

Zo'n camera heet een trekker, weet ik nu. Er liepen toen tien van die gasten rond en ze hadden drie dagen om alles op de plaat te zetten. Elke elke 2,5 seconden neemt zo'n trekker er een panoramafoto door vijftien lenzen rondom. Dus de tijd dat ik met die ene met die zonnebril heb staan kletsen heeft Google niks opgeleverd.

Wie zo'n rood/groenbrilletje heeft kan de foto's op Street View zelfs in 3D zien. Maar als u nu denkt: daar hoef ik dan zelf niet meer heen dan heeft u het goed mis.

(De foto's zijn natuurlijk niet van Street View, maar van mezelf. En trouwens, Google: wanneer gaan jullie eens met die camera's naar de Waddeneilanden?)

zondag 10 februari 2013

Dromen van Rembrandt

Verrassend veel mensen waren vanmiddag afgekomen op mijn praatje over Rembrandt, Saskia en de film, in het HCL. Ik had maar een uur, hooguit vijf kwartier, van Klaas gekregen maar er waren veel te veel fragmenten, dus het werd anderhalf uur, wat ongeveer de lengte is van een normale speelfilm.

Mensen zeiden dat ze het leuk hadden gevonden, dat hoop ik maar, want bij het praten kon ik mijn ogen niet afhouden van een meneer op de voorste rij, die steeds tegen de slaap heeft zitten vechten. Hopelijk heeft hij van Rembrandt en Saskia gedroomd.

De fragmenten kwamen uit:

Rembrandt, schilder van de mens (Bert Haanstra, 1957).

Met de beroemde overvloeier van Rembrandts zelfportretten, en met de vertelstem van Max Dendermonde, die niemand wat leek te zeggen.
Rembrandt (Alexander Korda, 1936).

Prachtige poppenhuisdecors van Vincent Korda, een mooie Rembrandt (Charles Laughton), creatief gebruik van het Wilhelmus bij een koninklijke intocht, de beste 'onthulling van de Nachtwacht'-scene en Elsa Lanchester als Hendrikje.

Na afloop vroeg iemand naar meer films van Laughton, want zo indrukwekkend is hij wel.

De Magiër van Amsterdam (Gerard Rutten, 1940).

Nou ja, die is dus niet vertoond, want de opnamen in de Cinetonestudio's werden door de Duitsers stopgezet. Rutten zei zelf dat het was omdat ze er scenes in wilden met 'joodse zwendelaars' en hij dat had geweigerd. Beroemde niet-gemaakte film, dus, naar het boek van Theun de Vries.

 Ewiger Rembrandt (Hans Steinhoff, 1942). 

De film die volgens Rutten van hem gejat is: nu door de Duitse regisseur Steinhoff (van 'Hitlerjunge Quex') gemaakt, deels in de Cinetonestudio's, waar het Rembrandthuis werd nagebouwd. Beetje operette-achtig.

Bij de Amsterdamse premiere brak Steinhoff een been, in 1945 werd het vliegtuig neergeschoten, waarmee hij en een groep anderen uit het omsingelde Berlijn probeerden te onstnappen. Of dat een groot verlies is weet ik niet, volgens steracteur Hans Albers was Steinhoff het ,,grosste Arschloch des Jahrhunderts''.

Rembrandt fecit 1669 (Jos Stelling, 1977). 

De derde film van Jos Stelling, die met zijn broer Frans in de hoofdrol (met bruine contactlenzen) en weinig spreektekst de schilderijen en de wereld van Rembrandt tot leven probeerde te brengen.

Film deed in Nederland niet veel en kreeg matige kritieken, maar volgens Stelling won hij prijzen in Oostbloklanden.

Rembrandt (Charles Matton, 1999). 

Van de Franse alleskunner Charles Matton, een hutspotachtige Rembrandtfilm met aan de ene kant kroegscenes met dwergen, apen en vrouwen met enorme borsten en aan de andere kant lange, langzame dialogen tussen Rembrandt (Klaus Maria Brandauer) en Saskia (Johanna ter Steege).

Franstalig, maar met opvallend veel aandacht voor de Muiderkring, die Fransen toch weinig zal zeggen, met Constantijn Huygens, Jan Six, Joost van der Vondel en een opvallende Maria Tesselschade, met een ooglapje. En met dr. Tulp als de grote slechterik.

Rembrandt, Father & Sons (David Devine, 1999). 

 Saaie Canadese televisiefilm die eruitziet als iets uit de jaren zeventig. Nadruk ligt op Rembrandts (Tom McCamus) open omgang met joden, in het bijzonder een joodse leerling. Maar een heel klein stukje van laten zien, om even te proeven.
Nightwatching (Peter Greenaway, 2007). 

Interessantste en raarste van het hele stel, waarin Rembrandt (Martin Freeman, nu in de bioscoop als de hobbit Bilbo Balings) nu en dan rechtstreeks het woord tot de kijker richt en een boeiende samenzweringstheorie op de nachtwacht wordt losgelaten. Dat er aanwijzingen voor een moord, prostitutie, verborgen homoseksualiteit en andere zaken in zitten en het een satirisch werk zou zijn. Wie het een keer heeft gehoord, kijkt nooit meer op dezelfde manier naar bovenstaande speerpunt uit De Nachtwacht.

Rembrandt en ik (Marleen Gorris, 2011). 

Vierdelinge serie van de EO, met Dragan Bakema en Michiel Romeyn als Rembrandt. Elke aflevering wordt door een ander verteld, de tweede door Saskia, die overigens na haar dood nog doorvertelt. Met opnamen in Hindeloopen, Sloten, het Poptaslot en een kerkje dat door het publiek werd herkend als dat van Burgwerd. Hoewel na afloop iemand zei dat het Beers was.

donderdag 7 februari 2013

Ketelbinkie

Wat een bos haar had die kapitein James Onedin toch!

Er gingen jaren voorbij dat we niet aan hem dachten, maar zondag is acteur Peter Gilmore overleden, die in de jaren zeventig in een klap beroemd werd als James Onedin in de serie 'The Onedin Line'.

James was de opportunistische jonge ondernemer die een bedrijf opstartte als scheepvaartondernemer in de negentiende eeuw. Hij trouwde er zelfs voor met Anne, die als ik me goed herinner een oude vrijster was maar wel uit een familie met geld. In het begin behandelde hij haar als voetveeg, maar geleidelijk bloeide daar toch iets moois. Gilmore trouwde in het echt ook met Anne, dus ga maar na.

Zijn rechterhand was kapitein Baines, die hij altijd bazig boven het geruis van de golven riep: ,,Master BAINES!''. Die moest dan alles opknappen.

De serie was in Nederland zo populair, dat Peter Gilmore in 1974 in Weesp een plaat opnam met zeemansliederen, 'Songs of the Sea'. Hij kwam daar destijds ook mee op tv.

Op de plaat staat ondermeer een Engelse versie van Ketelbinkie, 'The boy from Rotterdam'. Die is hier ook als single uitgebracht, maar die heeft niet veel gedaan. Of Gilmore wel zo'n een begenadigd zanger is geweest, kan iedereen hier beoordelen.

Ketelbinkie (2) 


Ketelbinkie (bij de meesten bekend als 'Toen wij uit Rotterdam vertrokken') is een leuke tekst, van Louis Davids, zo'n verhalende smartlap zoals ze nu in Nederland niet meer worden gemaakt. De zinnen zijn allemaal even lang en lekker ritmisch: het is tada tada tada tada (steeds vier jambes dus) en elke tweede zin heeft een extra, onbeklemtoonde lettergreep. Het gaat over een jochie dat op zijn eerste zeereis overlijdt en overboord wordt gekieperd.

Als je alle regels alfabetisch rangschikt, krijg je een heel ander verhaal. Het is vrij onbegrijpelijk, maar het eindigt een stuk minder treurig.
‘t Was in de Stille Oceaan
Al zeeziek in de foc’sle lag
Als ie dan sjouwend met zijn ketels
Als ketelbinkie bij ons aan boord

Dan schold de man die wacht te kooi had
Dan was het net een brokje wanhoop
Dat was het einde van een zeeman

De kapitein lichtte zijn petje
De man een extra mokkie schoot an
Die ‘t ouwetje niet dorst te zoenen

Die straatjongen uit Rotterdam
Die straatjongen uit Rotterdam
Die straatjongen uit Rotterdam

Hij werd gescholden door de stoker
Die van zijn moeder aan de kade
Die voor de eerste keer naar zee ging

En ‘t ouwe mens een telegram

En als ie ‘s avonds in z’n kooi lag
En brengen schade aan de vracht
En met een één, twee, drie in Godsnaam
En met jenever en citroenen
En moe van ‘t sjouwen eind’lijk sliep
En nooit van haaien had gehoord
En rattenesten in het vooruit

En sprak met grocstem een gebed

En toen de stuurman met kinine
En wonderolie bij hem kwam
Ging ‘t ketelbinkie overboord


In zieldoek en op rooster baren
Met de Edam, een oude schuit
Met kakkerlakken in ‘t midscheeps

Niet van zijn kooi goed opgestaan
Omdat dat niet bij zeelui hoort
Omdat hij al op de eerste dag
Omdat hij haar niet durfde zoenen
Omdat ie om zijn moeder riep

Toen hadden wij een kleine jongen

Toen is ie op een mooie morgen
Terwijl ze brulden om hun koffie
Toen we net de pier uit waren
Toen wij van Rotterdam vertrokken
Uit de kombuis naar voren kwam

Voor ‘t ouwe mens uit Rotterdam
Vroeg hij een voorschot op zijn gage
Want zieke zeelui zijn nadelig

Wat schuchter lachend afscheid nam

Werd hij die dag op ‘t luik gezet
Werd hij weer op de been gebracht




vrijdag 1 februari 2013

Lepel, ergo sum

,,Je lepel is klaar'', sms'te zilversmid Theo van Halsema, terwijl ik in Rotterdam was.

Ik heb hem net opgehaald: mijn naam staat er nu werkelijk in. Naast het maken van een cadeautje namens de provincie Friesland voor de jarige koningin - een broche in de vorm van een schaats - heeft hij daar toch tijd voor gehad.

Daarom besta ik nu echt, want er is een geboortelepel van.