Het nieuwe Fries Museum, een dag eerder geopend, durft nog niet zo hip tekeer te gaan als de Lakenhal op 14 september. Daar was de Nacht van Kunst en Kennis, die er in het geval van de Lakenhal op neer kwam dat overal mensen rondslenterden om tussen de oude meesterwerken naar Tim Knol te luisteren.
Het heeft iets opbeurends, om mensen zorgeloos tussen alle museumschatten door te zien lopen. Drankjes mochten alleen in het voorportaal, maar verder was het enorm relaxt.
Twee studentes leunden, al pratend, tegen het voetstuk waarop het reusachtige drieluik van het Laatste Oordeel van Lucas van Leyden stond. Het straalde een enorm vertrouwen in de voorzichtigheid en het respect van de bezoekers uit, en dat is heel prettig.
Ik had beloofd om een gedicht van Goethe (een van zijn allerkortste) te citeren op door Pete Blaker geremixte muziek, tijdens een optreden van De Tale Kanaäns. Andere gasten waren Anne Soldaat (volgens Tale Kanaäns-lid Nico Dijkshoord ,,de beste gitarist van Nederland") en Tim Soldaat, met wie Dijkshoorn een erg mooie cover van 'The weight' deed.
Het kwam raar uit want het was dezelfde dag dat ik 's middags 1000 meter zwom bij de Prinsentuin, maar het kon allemaal precies. Het optreden begon pas om een uur 's nachts, dat scheelde. Het gaf me de gelegenheid om bij Dijkshoorn thuis snel nog wat ophaal-surinamer te eten.
De schrijver/dichter/muzikant zelf was inmiddels druk met de rest van het bezoek plaatjes aan het draaien, wat ongeveer zo ging: iemand liet iets obscuurs horen dat hij heel goed vond, de anderen knikten en kenden het meestal ook al. En na een halve minuut was er een ander aan de beurt om iets op te zetten en daar bij te zeggen: ,,Ken je dit? Dit is funk uit het zuiden van Nigeria" - of zoiets.
Mijn Goethe-stukje mocht drie minuten duren (zo lang was de remix) dus ik nam de tijd om het publiek eerst helemaal stil te krijgen, door ze strak aan te kijken en een vinger voor de mond te houden. Als zoiets nog lukt ook, is dat best lekker. Daarna citeerde ik het en zong ik het er ook nog een keer achteraan, ongeveer zoals het gezongen wordt in de compositie van John Ottman. Om het extra cultureel gewicht te geven, had ik een T-shirt met een schaatsenrijdende Goethe laten drukken.
We werden ondergebracht in een hotel bij de ringweg, waar je kon kiezen tussen een zacht of stevig kussen. Welke ik koos weet ik niet meer, want het was echt wel mooi geweest met deze zaterdag, een van de raardere uit mijn leven.
Je zou het als een heel nieuw soort biathlon kunnen zien: eerst 1000 meter zwemmen, dan een Duits gedichtje citeren.
(De foto is gemaakt door Leon Rey)
En zo dachten anderen over die avond.