vrijdag 23 april 2010
Beschavingsoffensief
Zomaar ineens zei Wimer uit Groningen, die ik voor het eerst zag, dat hij cello speelde. Hij bleek zijn instrument bij zich te hebben, in zijn auto althans, en hij wilde hem wel ophalen voor een demonstratie.
Daarom zat een klein, select gezelschap even later niet meer in de kroeg, waar het bovenstaande zich afspeelde, maar bij mij thuis, waar Wimer met het grootste gemak improviseerde op wat Gryts op de piano deed. Het klonk fantastisch.
Uur of elf, half twaalf zal het geweest zijn. Er werd aangebeld. Daar stond Grietje voor de deur, ook iemand die ik eigenlijk niet ken.
,,Ik hoorde cellomuziek'', zei ze. ,,Ik kom even luisteren.''
Zo snel kan het gaan, als je cultuur verspreidt.