De hele dag is het tuinraam opengebleven, en de deur van de overloop. Het bakje water dat ik had neergezet is de hele dag niet aangeraakt. Het is verbazend, hoe je bij thuiskomst dan toch kunt denken, dat zo'n kat nog ergens zit. Ik kan mijn zaklamp niet vinden, dus achter de schoorsteen heb ik niet gespeurd.
Dood is ze vast niet, zei Jaap vanmorgen. ,,Katten zijn heel taai'', weet hij.
Al zal ze wel al lang weg zijn, helemaal gerust ben ik niet. En toen ik net in de kamer zag hoorde ik tussen alle regengeluiden, ineens iets wegrollen en kapot vallen. In de keuken was het niet. Achter de schoorsteen boven staat de tas met kerstballen. Die was het zo te zien evenmin. Misschien kwam het geluid vanaf het balkon van de buren, door het open raam.
De twijfel knaagt. Dit is typisch het moment waarop mensen die altijd heel redelijk en netjes waren ineens de vloer uit hun huis gaan slopen en gaten in de spouwmuur slaan tot ze woning half geruineerd hebben. Gelukkig heb ik vrijwel geen gereedschap.