maandag 13 december 2004

Stemmen



,,Ik kan overal stemmen want ik kom niet uit Boekarest'', zei Filip, een Transsylvaanse student psychologie en sociologie die ons gisteren een klooster liet zien. Dus onderweg stopten we bij een schooltje om hem de democratie van Roemenie te laten dienen. Het was net een stemlokaal in Nederland, een tafel met een groep mensen erachter, vier hokjes met blauwe gordijntjes en een grote doos met een gleuf erin. Het was er lekker warm, want er broeide een tegelkachel.

Maar Filip kon hier niet stemmen, vertelden de officials. Ze haalden zelfs het reglement erbij, dat de dagen voor de presidentsverkiezing steeds meer is aangepast. Hij moest naar het stemlokaal op het vliegveld of het station. Dat doen ze om te voorkomen dat mensen vaker dan eens stemmen. De vorige keer is dat nogal eens voorgekomen. Nastase, de huidige president, liet zelfs busjes vol mensen van stemlokaal naar stemlokaal rijden. Bij alle stemlokalen hangt ook groot artikel 103 aangeplakt, dat veelstemmers waarschuwt dat ze 6 maanden tot 5 jaar cel riskeren.

Die Nastase is toch al een wonder type, als we de verhalen horen. Zo mag er nog maar een taxibedrijf op het vliegveld rijden, dat is van hem en zijn minister van Transport. En de nationale vliegmaatschappij, daar is zijn schoonzus directeur van.

Op het vliegveld stond een enorme rij, net een attractie van Disneyland. Filip had geen zin meer, maar wij wel dus we gingen er met zijn drieen in staan en toen het Filips beurt was, gingen Sjoerd en ik ook even mee naar binnen. ,,Als ze moeilijk doen zeg ik dat ik van de pers ben'', had ik Filip al wat zitten bangpraten. En Sjoerd is een internationaal diplomaat, kun je lachen. Dat hoefde allemaal niet. Ze keken wel wat achterdochtig naar ons, maar daar bleef het bij.

Je moet er je identiteitskaart voor inleveren, en dan krijg je een stembiljet en een stempeltje. Pas als je het stempeltje teruggeeft, krijg je je identiteitskaart (bijna twee keer zo groot als een creditkaart) terug.

In Boekarest stemmen ze het meest op de andere kandidaat, Basescu, de burgemeester die hier korte metten heeft gemaakt met de zwerfhonden en die er op de foto vriendelijker uitziet dan Nastase. Maar ook die man heeft iets engs: vroeger spioneerde hij voor het leger, in Antwerpen.

En hoewel ze 's avonds nog helemaal geen uitslagen weten (rare boel eigenlijk, je telt het toch zo als er maar twee kandidaten zijn) gingen ze toch allemaal naar het Universiteitsplein om voor Basescu te juichen. Wij natuurlijk ook, even kijken naar het uitgelaten voetbalpubliek, dat posters omhoog houdt naar de toeterende auto's. Wij toeterden gezellig mee in onze diplomatiek onschendbare wagen. ,,Als de ambassadeur dit wist'', grinnikte Sjoerd, en deed ook nog eens de alarmlichten aan.