zaterdag 16 september 2017

Honden en skûtsjesilen

,,Is die hond al oud?'', vroeg een meneer met spierwit haar en een dito snor, toen ik zonet
bij Bakker Uw Slager naar buiten kwam. De man kwam me bekend voor.

,,Dertien jaar, net geworden'', zei ik.

Dat klopt echt. Bij het opruimen van het huis van Pa vonden we het hondenpaspoort van Schumi, of hoe zoiets maar heet, en daar staat als geboortedatum 13 september 2004 in.

,,Ik had vroeger precies zo'n hond'', zei de man. ,,Ik zag jullie al lopen aan het begin van de straat. Die hond van mij is achttien en een half jaar geworden.''

,,Dan kunnen we nog even vooruit'', zei ik. ,,Het is een Duitse pinscher.'' Ook dat staat in zijn hondenpaspoort.

,,Die van mij was meer straathond'', zei de man. ,,Och ze zijn zo lief. Ze zijn heel trouw, he?''

,,Hij blaft bijna nooit, dat vind ik zelf wel plezierig'', zei ik.

,,Dat deed die van mij ook niet. Maar als je hem los liet lopen, en dat mocht vroeger overal, dan ging hij er wel vandoor. Het zijn zulke leuke hondjes'', zei de man weer.

,,Waarom neemt u niet weer zo'n hondje?'', vroeg ik.

,,Nou ja, ik ben toen bij het skûtsjesilen terechtgekomen'', legde hij uit. ,,En dat is niks voor een hond, altijd op een boot. En je mag ze nu ook nergens meer los laten lopen, he? Maar we liggen vaak bij het Theehuis van Grou en de eigenaars hebben ook een hond. Daar loop ik wel eens mee. Dan breng je hem 's avonds terug en dan ben je eraf.''

Voor ik hem een goed weekeinde kon wensen, zei hij nog: ,,Ik zag jullie verderop in de straat al aankomen. Het zijn leuke hondjes.''