woensdag 5 maart 2025

Vom Werden deutscher Filmkunst


Mijn column van woensdag 5 maart gaat over dit boek, dat ik kreeg van Ritsko van Vliet junior. Vom Werden deutscher Filmkunst - Der Tonfilm heet het. Het is een plaatjesboek uit 1935 over de Duitse geluidsfilm. 



Daar zijn meer exemplaren van in omloop, maar deze is bijzonder omdat filmer-actrice Leni Riefenstahl de drie foto's waar zij opstaat gesigneerd heeft.

Dat in 1935 al zo'n kloek boek gemaakt kon worden geeft aan hoe razendsnel de geluidsfilm populair was geworden. The Jazz Singer  - de eerste film met geluid - was nog maar acht jaar geleden in Amerika in première gegaan. 

Overigens schrijft Dr. Oskar Kalbus, die een hoge piet was bij de Ufa, in dit boek dat de geluidsfilm eigenlijk Duits is. ,,Die wesentlichen Erfindungen der rasch aufgeschoffenen Tonfilmindustrie stammen aus Deutschland'', schrijft hij. Waarom hebben ze er in Duitsland dan niet eerder werk van gemaakt? Dat kan hij verklaren, want Amerika heeft meer geld en Duitsland was ,,durch Versailles schwer belastet''. Ja hoor, denk je dan. En toch geld genoeg om films als Metropolis te maken.

Soms somt hij op, soms schrijft Oskar Kalbus vrij uitgebreid over een film met tussendoor commentaar, wat leuk is om te lezen Hoewel er zeker propaganda in het boek te vinden is, (redevoeringen van Goebbels, een Hitlerportret, regels uit het Horst-Wessellied) is het veel informatiever dan ik dacht. Kalbus besteedt aandacht aan regisseurs, aan techniek, aan genres, aan grootse premières. Nu en dan meldt hij van een film dat die beter is dan iets vergelijkbaars uit Amerika. 

Die column heeft geen ruimte voor dingen die ik bij het uitgebreid doorbladeren tegenkwam en toch wil melden. Alleen voor de liefhebber, vrees ik.

- De voorpagina. Daarop staat een Hans Albers-achtige man, wit haar, trots, in uniform, met een ijzeren kruis. Toen Ritsko het me gaf zei ik meteen: ,,Hans Albers in Münchhausen.'' Maar dat kan niet kloppen, die film is pas in 1940 gemaakt. Een ijzeren kruis is voor die operette-achtige sprookjesfilm ook veel te ernstig. Wie het wel is, daar ben ik nog niet achter.

- Misdaadfilms: in Amerika gaan die over criminelen, die aan het eind door ,,ein Riesenangebot von Autos, Polizisten, Motorbooten un Maschinengewehren'' om het leven komen. In Duitsland heb je geen Ganovenkult (boevencultus) want de moreel toch wat hoogstaandere Duitsers houden enkel van verhalen waarin ,,die Unterwelt mit Stumpf und Stiel ausgerottet werden muss''.

- Een hoofdstuk over soldatenkomedies eindigt met: ,,Das neue Deutschland wird von nun an dafür sorgen, dass das alte und neue Militär in unserem Vaterlande vom Film nicht mehr lächerlich gemacht wird.''

- Naar aanleiding van het vertrek - in de stomme-filmtijd - van filmers als Murnau, Emil Jannings en Conrad Veidt naar Hollywood schrijft hij dat de komst van de geluidsfilm dat veranderd heeft: ,,Da tauchten plötzlich alle Untreuen wieder in Neubabelsberg (de studio in Berlijn) auf.'' 

- Uit Morgenrot, een U-Bootfilm die zich tijdens de Eerste Wereldoorlog afspeelt, citeert hij een commandant: ,,Leben können wir Deutsche vielleicht nicht, aber sterben können wir jedenfalls fabelhaft.'' Vier jaar na het verschijnen vielen de Duitsers Polen binnen en begon wat we nu de Tweede Wereldoorlog noemen.

donderdag 27 februari 2025

De hoed van Hackman


Nooit ben ik in de verleiding geweest om een pork pie hat te kopen, ook al is die beroemd geworden door Gene Hackman in The French Connection (1971). Een politiefilm die nog steeds het bekijken waard is (niet enkel vanwege die auto-achtervolging) en waarin je als bonus de Twin Towers in New York in aanbouw ziet. De cop jazz-soundtrack van Don Ellis is trouwens ook heel goed

Gene Hackman (woensdagmiddag zijn hij, zijn vrouw en zijn hond dood gevonden in hun woning, hij was 95, zijn vrouw 64; volgens de politie is er geen foul play geweest) speelt in de film detective Jimmy Doyle, door zijn collega's Popeye genoemd. 

Het is geen modieuze man, hij draagt praktische, gewone kleren. Maar ook dat opvallende vilten hoedje met omhoogstaande rand, dat van boven plat is. Vandaar de naam, want het lijkt op een Engelse pie met varkensvlees. Je kunt van andere hoeden zelf een pork pie maken met creatief deuken, maar je kunt ze ook in deze vorm kopen.

De filmmakers hadden dit niet zelf bedacht: narcotica-inspecteur Eddie Egan, op wie Popeye Doyle gebaseerd is, droeg ze ook. Egan wilde de zijne niet uitlenen voor de film, dus werden er een paar gekocht.

Hackman was niet de eerste of de enige prominente figuur die ze droeg. Komiek Buster Keaton had zo'n hoed, architect Frank Lloyd Wright, zanger Dean Martin, saxofonist Lester Young. Tom Hardy draagt er een in Peaky Blinders, sowieso een serie vol hoeden en petten, tegen de tijd dat Bryan Cranston volop crimineel is in Breaking bad heeft hij er ook een. 

Maar Hackman maakte de hoed populair. Hoedenwinkel Baron in Los Angeles ('Hollywood's Hat Maker') prijst deze hoeden nog steeds aan als 'geïnspireerd door The French Connection'. Voor dik 600 euro heb je er al een. Nu even niet vanwege een tekort aan vilt.

Dan maar geen pork pie, ook al had een topacteur als Gene Hackman er een op in een van zijn beste films. (Naast The Conversation, Bonnie and Clyde, Unforgiven, Mississippi Burning. En veel andere eigenlijk, want Hackman is ook zonder hoed altijd wel de moeite waard. Ook in het minder geslaagde, maar wel interessante Eureka, waar 'onze' Rutger Hauer ook in zit)

dinsdag 7 januari 2025

Beauty knows no pain

 Klopt, ik ben weer begonnen met het schrijven van columns van de Leeuwarder Courant, waar ik op 1 januari 2024 mee ben gestopt. Dat zal
zijn effect hebben op dit weblog, want dat overlapt elkaar een beetje.

Hoofdredacteur Maarten Pennewaard had het gevraagd, wat natuurlijk best vleiend is. ,,Er moet ook een verse foto bij'', zei hij.

,,Het verse is er anders wel een beetje af'', wierp ik tegen.

Een paar dagen later stond fotograaf Niels Westra voor de deur, met camera en twee lampen. ,,Het kan wel gewoon in je keuken'', zei hij op professionele toon en begon te dirigeren hoe ik moest staan, dat ik beurtelings moest lachen - ,,echt hahaha!'' - en streng kijken, en mijn handen op allerlei manieren moest houden.

,,Je hoofd gaat wat glimmen'', zei Niels na een tijdje. ,,Heb je ook poeder in je eigen huidskleur?''

,,Wat denk je zelf'', zei ik en veegde mijn gezicht met een stuk keukenpapier.

,,Misschien wordt het tijd voor een beauty-case'', zei art director Alie van de krant, toen ik het haar vertelde.

,,Dat is nou te laat'', zei ik.

woensdag 18 december 2024

Iedereen is welkom


Goed nieuws in deze donkere dagen: de kerststal die pa jaren geleden heeft gemaakt bestaat nog. 

Op een gegeven moment, mem leefde ook nog, verscheen dat ding, op een klein tafeltje bij de bank. Daar stond hij voortaan elk jaar. 

Pa had hem van een sinaasappelkistje gemaakt, dat vertelde hij graag. Lichtje erin, sterretje op de voorgevel, vulsel op de bodem, dakbedekking, kleurig geverfde heilige familie erin en klaar.

Hij staat nu te pronk op de vensterbank bij zijn kleindochter Zoë. Ze stuurde deze foto door toen ik ernaar vroeg.

Wie goed kijkt ziet natuurlijk Jozef en Maria met kind (kind ligt op het stro), een koe en twee lammetjes. Maar ook een fluitist (midden) en bovendien, uiterst rechts, Roodkapje.

,,Wat moet Roodkapje in een kerststal'', zei ik tegen pa, toen ik deze stal voor het eerst zag. ,,Die hoort daar toch niet? In de bijbel lees je er niks over.''

,,Iedereen is welkom'', zei pa. Het tekent de instelling van de ware kroegbaas en het is ook een mooie boodschap voor deze tijd. Bovendien had hij er schik in als bezoekers het ineens zagen en er dan verbaasd over begonnen. Net wat voor hem.

Er zijn onnoemelijk veel kerststallen op de wereld, en vast ook mooiere en duurdere. Maar er is er maar een waarin Roodkapje koekjes komt brengen. Fijn dat die er nog steeds is.

dinsdag 17 december 2024

Bij de dood van Poekie

 


Leeuwarder bouwbedrijf De Vries vierde vrijdag het honderdjarig bestaan, in de Elfstedenhal. Er was een 'tijdreis' voor in elkaar gezet, iedereen kreeg koptelefoons met een lampje, wat er bijzonder uitzag, en liep de geschiedenis door, via filmpjes, theater, een kleine expositie van markante verbouwingen en een nabootsing van Vat 69.

Wat die discotheek betreft: in de jaren zestig was dat een kelderbar en een bar erboven, aan de Nieuwestad. Architect Abe Bonnema zou er nieuwe toiletten voor ontwerpen. Bonnema dacht: ,,Hier kun je wat moois van maken'' en pakte het hele gebouw en de tuin erachter aan. 

De Vries bouwde de boel in 1969 om tot discotheek. Eigenzinnige architecten waren ze gewend, eerder hadden ze met Gerrit Rietveld (van die stoel) gewerkt voor schoenenzaak Ket even verderop, waar nu boekhandel Van der Velde zit.

Tijdens die 'tijdreis' werd een pluche kat omhoog gehouden. Dat was Poekie. Poekie verwees naar de keer dat er een woning verbouwd werd, een woning waar ook een betonnen vloer in gestort zou worden, met verwarming. 

De bewoners moesten er een paar dagen uit, alle deuren en ramen dicht, om te voorkomen dat het mis zou gaan. Overal was rekening mee gehouden. Behalve het kattenluikje. Zodat de kat des huizes (of die echt Poekie heette vraag ik me af) ongemerkt binnensloop en is verzopen in de naar binnen gutsende betonpap. 

Of hij in de vloer is blijven zitten of dat alles opnieuw moest kregen we niet te horen. Het verhaal deed het zo al goed bij de bezoekers, het is zielig voor zo'n dier, maar je schiet er toch om in de lach. En laten we wel wezen, als het in honderd jaar niet erger is misgegaan bij dat bedrijf dan neem je één zo'n Poekie wel voor lief.  

(De foto is van fotograaf Piet Douma)

vrijdag 13 december 2024

Een geweldige zomer bij Broodje KK


Voordat ik in de lichte bovenzaal van restaurant De Posthoorn in Dokkum aan mijn verhaaltje begon, kwam een bezoekster naar me toe. Ze stelde zich voor als Klaske en ze komt uit Buitenpost.

Eens in de zoveel tijd wordt in De Posthoorn Broodje KK gehouden, een afkorting voor Broodje Kunst en Kultuur. Eerst is er een spreker, daarna zijn er kroketten, soep en broodjes. Iedereen is welkom, lid hoef je niet te zijn.

Woensdag was ik er de spreker. De organisatoren, die me er overigens een jaar geleden al over belden, hadden er de weemoedige titel Mijn leven bij de Leeuwarder Courant' aan gegeven. De broodjes en zo werden klaargezet door Sake Boskma, die altijd een vlinderstrik draagt. Boskma is ook de Dokkumer Sinterklaas - het voelde vertrouwd. 

Klaske uit Buitenpost was een van de eerste bezoekers. ,,Ik wol dy even wat sjen litte'', zei ze en trok een vergeelde zwartwitfoto uit de tas.


Die herkende ik dadelijk, de foto heb ik zelf ook. Hij is gemaakt op de stoep voor De Zwaan in Hollum. Hij is onscherp, maar de mensen zijn herkenbaar. ,,Dat ben ik'', wees ik aan. ,,En dat is mijn broertje Waling, en dat zijn mijn ouders.'' (Wij zitten links).

Dat wist Klaske al lang, want ze staat er zelf ook op. Ze heeft vroeger een maand bij De Zwaan gewerkt, vertelde ze. Ze was toen zeventien, ze wees zichzelf aan, vooraan op de foto. 

Ze wees ook de anderen aan, onder wie Jacob Roep, die kok bij ons was en een brommer had waar ik soms achterop mocht meerijden. Jacob is die vage man die rechtop staat. Hem weet ik nog goed, Klaske kon ik me niet herinneren. Wie de anderen op de foto zijn weet ik net zo min als wie hem gemaakt heeft.

,,Dit moet begin jaren zestig zijn geweest'', zei ik. Mijn ouders zijn in 1963 in De Zwaan begonnen. 

,,1964'', zei Klaske. Dat had ze achterop geschreven. 

Ze woonde bij ons in huis, we sliepen allemaal op de zolder achter, en ze kon goed met mijn ouders overweg. Het was, vond ze nog steeds, een geweldige zomer geweest. Maar ja, vroeger waren immers alle zomers geweldig.

CorrectieNu ik de foto wat scherper heb gemaakt voor dit weblog, zie ik dat ik er helemaal niet opsta - het zijn Waling (op schoot bij pa) en Giso (overeind gehouden door mem).